a. Maak van je gekozen woorden een top 5;
de belangrijkste op 1, de minst belangrijke op 5
b. Schrijf nu verder over woord 1; begin met de zin:
'Dit woord betekent voor mij.......' (sprintje van 2 minuten)
c. Schrijf verder met de volgende zin:
'Ik heb dit woord gekozen omdat.....' (sprintje van 2 minuten)