Les 3. grammatica

Mevrouw de Cuba

1 / 24

Slide 1: Slide

SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

Lesson duration is: 80 min

Items in this lesson

Mevrouw de Cuba

Slide 1 - Slide

¿Preguntas?

Slide 2 - Slide

El programa de hoy

Empezamos - 5 min
PW- 5 min
Vocabulario - 20 min
indefinido - 15 min
gattentekst - 20 min
zelfstandig werken

Slide 3 - Slide

Cap 3.

comprensión auditiva

Comprensión lectora

el indefinido y imperfecto

Escritura

Proefwerk

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Repaso

Agarra la copa

Slide 6 - Slide

Indefinido

Slide 7 - Slide

el indefinindo

Wat is de indefinido?
Wanneer gebruik je de indefinido?
Noem een signaalwoord van de indefinido.
Kahoot

Slide 8 - Slide

Verleden tijd: indefinido

hablar

comer

escribir

hablé

comí

escribí

tú

hablaste

comiste

escribiste

él/ella/usted

habló

comió

escribió

nosotros

hablamos

comimos

escribimos

vosotros

hablasteis

comisteis

escribisteis

ellos/ellas/ustedes

hablaron

comieron

escribieron

Slide 9 - Slide

Vergeet niet de Wedekerende werkwoorden:

Ducharse:

me duché, te duchaste, se duchó…

Slide 10 - Slide

Er zijn werkwoorden die geheel onregelmatig zijn:

Ir/ser: fui, fuiste, fue, fuimos, fuisteis, fueron.

¡OJO! De vervoegingen van de werkwoorden ‘ir’ en ‘ser’ zijn in de indefinido hetzelfde. ‘fui’ kan dan ‘ik ging’ , maar ook ‘ik was’ betekenen.

Slide 11 - Slide

Onregelmatige ww

Slide 12 - Slide

INDEFINIDO

De indefinido wordt gebruikt voor gebeurtenissen die op een bepaald moment in het verleden plaatsvonden. Deze gebeurtenissen/acties zijn afgesloten en hebben voor de spreker geen verband met het heden.

Ayer hablé con mi abuelo sobre las clases en línea.

Gisteren praatte ik met mijn opa over de online lessen.

Ik heb gisteren met mijn opa over de online lessen gesproken.

Slide 13 - Slide

Indefinido (signaalwoorden)

- ayer, anteayer, anoche

- la semana pasada

- el año/mes/verano pasado

- el otro día, el lunes, el martes

- hace 1,2,3 día(s) /semana(s) / un año

- data: en 1946, el 14 de febrero

- en marzo... en navidades...

- aquel día, aquel invierno

- desde 1995 hasta 1998

- la última vez

Leer de vertaling van de signaalwoorden!

DEZE TIJD HEEFT EEN DUIDELIJK BEGIN EN EIND!

Slide 14 - Slide

gisteren

in 2002

afgelopen/vorige week

de laatste keer

drie jaar geleden

Ayer

la última vez

Hace tres años

la semana pasada

En 2002

Slide 15 - Drag question

Vervoeg:
estudiar - yo

Slide 16 - Open question

Vervoeg:
ir - nosotros

Slide 17 - Open question

Vervoeg:
estar - ellos

Slide 18 - Open question

Vervoeg:
hacer - él

Slide 19 - Open question

vervoeg:
hablar - ella

Slide 20 - Open question

vervoeg:
beber - tú

Slide 21 - Open question

¡A trabajar!

Slide 22 - Slide

Simón dice...

Slide 23 - Slide

survey.uu.nl

Slide 24 - Link