8.2: Nederland en de zee

1 / 37
next
Slide 1: Slide
Mens en wereldMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide


1
2

3

4

Vandaag behandelen we doel 1 en 2!

Slide 2 - Slide

Aan het eind van de les geef weet je het antwoord:

* Welke polder is ontstaan door een droogmakerij? 
 * Welke drie dingen beschermen het land dat onder zeeniveau ligt?
* wat is inklinking?
* Wat is verzilting?

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

1

Slide 5 - Video

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Wat is een juiste uitspraak over een droogmakerij?
A
Een droogmakerij was vroeger water.
B
Een droogmakerij is een ander woord voor polder.
C
Een polder was eerst een droogmakerij.

Slide 10 - Quiz

Wat zijn de kenmerken van een droogmakerij?
A
Boven de zeespiegel en kleigrond
B
Boven de zeespiegel en veengrond
C
Onder de zeespiegel en kleigrond
D
Onder de zeespiegel en veengrond

Slide 11 - Quiz

Een droogmakerij is altijd een polder
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quiz

Een polder is altijd een droogmakerij?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quiz

Wat was het voordeel van een droogmakerij?
A
Er kwam minder grond beschikbaar.
B
Er kwam meer landbouwgrond.
C
Er kwamen meer meren.
D
Er kwam een nieuwe handelsstad.

Slide 14 - Quiz

Wat betekent inklinking?
A
Het stijgen van de bodem
B
Het dalen van de waterspiegel
C
Het stijgen van de waterspiegel
D
Het dalen van de bodem

Slide 15 - Quiz

Welk begrip past het best bij de afbeelding?
A
Polder
B
Zandmotor
C
Droogmakerij
D
Inklinking

Slide 16 - Quiz

Verzilte grond is
A
Vruchtbaar
B
Onvruchtbaar
C
Nat
D
Droog

Slide 17 - Quiz

Wat is de oorzaak van verzilting?
A
Ontbossing
B
Overbeweiding
C
Te veel irrigatiewater gebruiken
D
Uitputting van de bodem

Slide 18 - Quiz

Verzilting kan worden voorkomen door
A
overdag veel water over de akkers te laten vloeien
B
zuiniger met water om te gaan waardoor de grondwaterspiegel niet omhoog komt
C
alleen te irrigeren op hele warme dagen

Slide 19 - Quiz

Wat is het antwoord?
* Welke polder is ontstaan door een droogmakerij? 
 * Welke drie dingen beschermen het land dat onder zeeniveau ligt?
* wat is inklinking?
* Wat is verzilting?

Slide 20 - Slide

Wat ga je doen?
* Je leest de blauwe vakken!
* Je maakt tot en met vraag 5 (anders huiswerk)
* Je gaat aan de extra opdrachten werken
* Eventueel al een samenvatting schrijven voor de toets!

Slide 21 - Slide


1
2

3

4

                Vandaag behandelen we doel 3 en 4!

Slide 22 - Slide

Aan het eind van de les geef je antwoord!

* Wat is kustafslag?
 * Waardoor stijgt de zeespiegel?
* Wat is zandsuppletie?

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Video

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Zachte kustverdediging 
Hier heb je kustafslag.
 Wegslaan van stukken strand of duin tijdens een storm.

Oplossing? Zandsuppletie
Het opspuiten van zeezand voor of op het strand om de kust te versterken. 

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide


Zandsuppletie

Dynamisch kustbeheer
Kustafslag tegengaan door kustlijn van 1900 vast te houden:

Slide 29 - Slide

Wat is zandsuppletie?
A
De dijken verhogen aan zee
B
het breder maken van stranden met zand
C
De bodem ophogen met zand
D
De duinen versterken

Slide 30 - Quiz

Een zandsuppletie is GEEN oplossing voor zeespiegelstijging.
A
waar
B
niet waar

Slide 31 - Quiz

In Nederland wordt zandsuppletie toegepast. Waarom?
A
Om daar waar de bodem in Nederland daalt, de bodem op te hogen.
B
Om dijken langs de rivieren te versterken.
C
Om de stukken land tussen de winterdijken en de rivieren op te hogen.
D
Om stranden en duinen langs de kust te versterken.

Slide 32 - Quiz

Wat is de betekenis van kustafslag ?
A
Daling van de grond als de slappe ondergrond (veen en klei) inzakt door het wegpompen van water.
B
Wegslaan van stukken strand en duin tijdens een storm.

Slide 33 - Quiz

Welk deel van de kust is erg gevoelig voor kustafslag?
A
De Afsluitdijk
B
De Deltawerken
C
De Zandmotor
D
Zeereep

Slide 34 - Quiz


Wat zie je hier?
A
zandmotor
B
zandsuppletie
C
kustafslag
D
zeereep

Slide 35 - Quiz

Wat is het antwoord?
* Wat is kustafslag?
 * Waardoor stijgt de zeespiegel?
* Wat is zandsuppletie?

Slide 36 - Slide

Wat ga je doen?
* Je leest de blauwe vakken!
* Je maakt alle vragen van 8.2 tot en met 7 is in de les af. De rest mag ook als huiswerk. 
* Je gaat aan de extra opdrachten werken
* Eventueel al een samenvatting schrijven voor de toets!

Slide 37 - Slide