Introductie "zorgen voor jezelf"

Quiz over het menselijk lichaam
1 / 25
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Quiz over het menselijk lichaam

Slide 1 - Slide

Kijk goed naar de plaatjes.

Slide 2 - Slide

Wat weet jij over
het menselijk lichaam?

Slide 3 - Mind map

We gaan kijken wat je al weet...

Slide 4 - Slide

Wanneer gaat je hart sneller kloppen?
A
Bij inspanning (bijv. sport) en zenuwen
B
Als je slaapt
C
Wanneer je op je hartslag gaat letten
D
Je hartslag is altijd hetzelfde

Slide 5 - Quiz

Wat gebeurt er met de zuurstof die je inademt?
A
De zuurstof zweeft rond in je lichaam
B
Er gebeurt niks met de zuurstof
C
De zuurstof wordt opgenomen in je bloed
D
De zuurstof blijft in je longen zitten

Slide 6 - Quiz

Hoe heten de twee botten in je onderbeen?
A
Dijbeen en scheenbeen
B
Kuitbeen en scheenbeen
C
Knieschijf en kuitbeen
D
Dijbeen en kuitbeen

Slide 7 - Quiz

Hoe zorg je het beste voor je eigen lichaam?
A
Elke dag minimaal 10 uur slapen
B
Heel veel water drinken en nooit vet eten
C
Veel leuke dingen doen
D
Gezond eten en sporten

Slide 8 - Quiz

Wat gebeurt er als je met je buik inademt?
A
Met je buik gebeurt niks, met je borst wel
B
Je buik wordt dikker
C
Je buik wordt dunner
D
Je kunt niet met je buik inademen

Slide 9 - Quiz

Wat is de weg die voedsel aflegt in je lichaam?
A
Maag-slokdarm-dikke darm-dunne darm
B
Maag-slokdarm dunne darm dikke darm
C
Slokdarm-maag-dunne darm-dikke darm
D
Slokdarm-maag-dikke darm-dunne darm

Slide 10 - Quiz

Het afval van je organen komt in je bloed terecht. Welk orgaan maakt je bloed schoon?
A
Darmen
B
Lever
C
Nier
D
Maag

Slide 11 - Quiz

Wat is een andere naam voor een breuk in een bot?
A
Een factuur
B
Een fractuur
C
Een kneuzing
D
Een scheur

Slide 12 - Quiz

Als je een breuk hebt, dan wordt hier een foto van gemaakt. Hoe heet zo'n foto?
A
Pasfoto
B
Röntgenfoto
C
Breukfoto
D
Scanfoto

Slide 13 - Quiz

Hoeveel botten telt het menselijk lichaam?
A
58
B
206
C
401
D
105

Slide 14 - Quiz

Waar zijn al deze botten (een geraamte) voor nodig?
A
Bescherming
B
Beweging
C
Kracht
D
Vorm van het lichaam

Slide 15 - Quiz

Hoeveel liter bloed heeft een mens in zijn/haar lichaam zitten?
A
20 liter
B
5 liter
C
15 liter
D
10 liter

Slide 16 - Quiz

De nieren maken je bloed schoon (filteren). Hoeveel liter bloed kunnen ze op een dag filteren?
A
50-100 liter per dag
B
150-200 liter per dag
C
100-150 liter per dag
D
10-50 liter per dag

Slide 17 - Quiz

Wat is het belangrijkste bot?
A
knieschijf
B
schedel
C
ruggengraat
D
ribben

Slide 18 - Quiz

Welk orgaan wordt 3 keer zo groot na het eten?
A
dikke darm
B
slokdarm
C
maag
D
lever

Slide 19 - Quiz

Hoeveel ribben heeft een mens in zijn/haar lichaam zitten?
A
8 ribben
B
10 ribber
C
13 ribben
D
12 ribben

Slide 20 - Quiz

Hoeveel water zit er in een lichaam van een mens?
(Hoeveel % is water van de 100%?)
A
75 % water
B
25% water
C
50% water
D
60% water

Slide 21 - Quiz

Hoe snel klopt het hart van een gemiddeld persoon?
A
90 slagen per minuut
B
30 slagen per minuut
C
70 slagen per minuut
D
50 slagen per minuut

Slide 22 - Quiz

Je lichaam heeft een werverkolom. Hier zitten 33 botten in. Wat zit er tussen deze wervels?
A
Spieren
B
Zenuwen
C
Botten
D
Hier zit niks tussen

Slide 23 - Quiz

1. Tussen twee botten zitten gewrichten, zo kun je bewegen.
2. Mensen hebben geen staart zoals een dier, maar wel een stuitje op die plek (bij de billen).
A
Alleen 1 is goed
B
Alleen 2 is goed
C
1 en 2 zijn goed
D
1 en 2 zijn allebei niet goed

Slide 24 - Quiz

In dit thema ga je van alles leren over zorgen voor jezelf. Wat zou je zelf nog willen leren in dit thema?

Slide 25 - Open question