7.03 Het broeikaseffect

7.03 Het broeikaseffect 
1 / 32
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

7.03 Het broeikaseffect 

Slide 1 - Slide

Terugblik

Slide 2 - Slide

Is bevolkingstoename een oorzaak van milieuproblemen?
A
ja
B
nee

Slide 3 - Quiz

Is windenergie een duurzame energiebron?

A
ja
B
nee

Slide 4 - Quiz

Hieronder staan twee uitspraken over de gevolgen van de bevolkingstoename en de andere manier van leven.
1 Door de bevolkingstoename is er minder ruimte voor dieren.
2 Door de veranderde manier van leven komen er meer afvalstoffen vrij.
Welke uitspraak is of welke uitspraken zijn juist?

A
alleen uitspraak 1
B
alleen uitspraak 2
C
beiden uitspraken

Slide 5 - Quiz

Wat zijn grondstoffen?
A
aarde
B
grondstoffen halen we uit de grond om producten mee te maken

Slide 6 - Quiz

Waar is steenkool uit ontstaan?
A
dode resten van planten en dieren
B
stenen
C
stenen en kolen

Slide 7 - Quiz

Wat gebruiken we om kernenergie op te wekken?
A
aardgas
B
steenkool
C
uranium
D
biomassa

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Natuurlijk Broeikaseffect

De belangrijkste broeikasgassen in de atmosfeer zijn 
  • Methaan
  • Koolstofdioxide
  • Waterdamp

Slide 11 - Slide

Het versterkt broeikaseffect

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Gevolgen versterkt broeikaseffect
  • Extreme weersomstandigheden (foto)
  • Misoogsten
  • Stijgende zeespiegel
  • Smeltende noordpool (zie filmpje)
  • Gevolgen voor de natuur (zie volgende slide)

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide



Er is teveel CO2 in de dampkring, dus we moeten dit beperken. Dit kan door:
  • minder olie te gebruiken
  • minder elektriciteit te gebruiken
  • meer duurzame energie
  • meer bos aanplanten
Klik hier en doe de test!!!
Maatregelen

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Video

Slide 20 - Link

We gaan weer oefenen!


Hier is een quizje

Slide 21 - Slide

Dat woestijnen groter worden, is een oorzaak van de klimaatverandering.

A
juist
B
onjuist

Slide 22 - Quiz

Door de klimaatverandering worden sommige gebieden geschikter voor de landbouw.

A
juist
B
onjuist

Slide 23 - Quiz

In de afbeelding zie je felle lampen van een kas.
Welk groot voordeel hebben deze lampen?
A
door de lampen groeien de planten beter
B
door deze lampen is er minder bestrijdingsmiddel nodig
C
door deze lampen kunnen mensen ook ś nachts in de kas werken

Slide 24 - Quiz

Het gebruik van kernenergie geeft veel luchtverontreiniging.

A
waar
B
niet waar

Slide 25 - Quiz

Bij de verbranding van fossiele brandstoffen ontstaan gassen. Een van deze gassen wordt door bomen gebruikt om te groeien. Welk gas is dit?

Slide 26 - Open question

De mens is van het milieu afhankelijk, onder andere doordat het milieu grondstoffen en zuurstof levert.
Noem nog drie andere manieren waarop de mens afhankelijk is van het milieu.

Slide 27 - Open question

Hoe noemen we de luchtlaag rond de aarde?

Slide 28 - Open question

Leg uit waardoor het gebruik van fossiele brandstof wel bijdraagt aan het versterkt broeikaseffect en het gebruik van bio-ethanol uit planten niet.

Slide 29 - Open question

Om elektriciteit op te wekken, wordt onder andere gebruikgemaakt van biomassa, kernenergie, steenkool en waterkracht. Waardoor neemt de hoeveelheid koolstofdioxide in de lucht toe?
A
door gebruik van biomassa
B
door gebruik van kernenergie
C
door gebruik van steenkool
D
door gebruik van waterkracht

Slide 30 - Quiz

Welk effect hebben broeikasgassen in de atmosfeer?

A
Broeikasgassen houden een deel van de warmte-uitstraling van de aarde tegen
B
broeikasgassen tasten de ozonlaag aan
C
door de broeikasgassen bereikt een groter deel van de zonnestraling de aarde

Slide 31 - Quiz

Maak nu de opdracht 7.03 Broeikaseffect in Quayn
Lees je boek blz. 101 t/m 109



Slide 32 - Slide