This lesson contains 13 slides, with text slides.
Inwendig skelet = binnenin
Uitwendigskelet = aan de
buitenkant
1. Huid: schubben en slijm
2. Lichaamstemperatuur: koudbloedig
3. Ademhaling: kieuwen
4. Voortplanting: eieren zonder schaal (flubberig)
5. Milieu: water
1. Huid: slijm
3. Ademhaling: longen en huid
4. Voortplanting: eieren zonder schaal
5. Milieu: water en land
1. Huid: schubben
3. Ademhaling: longen
4. Voortplanting: eieren met leerachtige-schaal
1. Huid: veren
2. Lichaamstemperatuur: warmbloedig
4. Voortplanting: eieren met kalkschaal
5. Milieu: land en lucht
1. Huid: haren
4. Voortplanting: levendbarend
5. Milieu: land (zee een paar)