1. Schrijf per paragraaf of alinea de kern op (dat kan in 1 begrip met uitleg of 1 kernzin).
1 / 43
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1
This lesson contains 43 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Hoe leer je de stof?
1. Schrijf per paragraaf of alinea de kern op (dat kan in 1 begrip met uitleg of 1 kernzin).
Slide 1 - Slide
Hoe leer je de stof?
2. Maak een overzicht van:
- personen
- opsommingen
- oorzaak > gevolg relaties
- veranderingen
- begrippen
Slide 2 - Slide
Hoe leer je de stof?
3. Maak een woordweb
Slide 3 - Slide
Eerste mens/boeren/Egypte
Slide 4 - Mind map
Wat is geschiedenis?
A
Alles wat in het verleden gebeurd is
B
Alles wat we weten over het verleden aan de hand van bronnen
C
Alles wat ooit is opgeschreven
Slide 5 - Quiz
Wat is een ander woord voor standplaatsgebondenheid?
A
Denkbeeld
B
Cultuur
C
Kennis
D
Visie
Slide 6 - Quiz
De ontdekking van het graf van Toetanchamon was belangrijk omdat
A
Egypte nu rijk was door de gevonden schatten
B
We nu meer weten over het leven van een farao
Slide 7 - Quiz
Wat is het gevolg van het voedseloverschot?
A
Door het slib van de Nijl wordt de grond vruchtbaar
B
Er ontstaat aanzien binnen de Egyptische bevolking
C
Er ontstaan nieuwe beroepen
D
De farao is de baas van de waterhuishouding
Slide 8 - Quiz
Wat is je bestaansmiddel als je leeft van het noten, bessen en ander eten dat je vindt?
Slide 9 - Open question
Zet de gebeurtenissen in
de juiste volgorde van tijd
begin historie
Op de aarde wonen alleen jagers en verzamelaars
landbouw uitgevonden
eerste boeren in Egypte
Slide 10 - Drag question
Eerst samenleven, dan pas schrift nodig!
Slide 11 - Slide
Waarom was de Nijl voor het oude Egypte van levensbelang?
A
De Nijl vormde een onmisbare handelsroute tussen Boven-Egypte en Beneden-Egypte en van daaruit naar het Middellandse Zeegebied.
B
De Nijl leverde de waterkracht die de Egyptische ambachtslieden nodig hadden voor het produceren van goederen in hun ateliers.
C
De jaarlijkse overstroming van de Nijl zorgde voor vruchtbare landbouwgrond langs de rivier en voor een bloeiende landbouw.
D
De Nijl vormde een natuurlijke grens, die het oude Egypte beschermde tegen invallen van de woestijnvolkeren die in de Sahara leefden.
Slide 12 - Quiz
Hoe noemen we de ingrijpende gebeurtenis van jagen en verzamelen naar landbouw?
A
Een overgang
B
Een verandering
C
Een ontwikkeling
D
Een revolutie
Slide 13 - Quiz
Hoe noem je het aanleggen van bijvoorbeeld sloten en kanalen om de akker te kunnen water geven?
Slide 14 - Open question
Een staat is 1 land met vaste grenzen en één bestuur
A
waar
B
niet waar
Slide 15 - Quiz
(hiërogliefen)schrift is een voorwaarde voor een goed georganiseerde staat, want anders kan niets bijgehouden/ vastgelegd worden.
A
waar
B
niet waar
Slide 16 - Quiz
Een vizier zorgt voor het ophalen en bijhouden belastingen.
A
waar
B
niet waar
Slide 17 - Quiz
Wie doet dat wel?
Slide 18 - Open question
Taken van de farao waren?
A
Feestjes geven.
B
Oorlog voeren
C
Besturen van het land
D
Hoogste priester
Slide 19 - Quiz
Wat is géén gevolg van de ontdekking van de landbouw?
A
De mensen gingen aan veeteelt doen
B
De groepen waarin de mensen leefden werden kleiner
C
Het werk wat de boeren moesten doen was zwaar
D
Mensen bleven op een plek wonen
Slide 20 - Quiz
Een bron waar tekst op staat en we informatie uit halen noemen we een.....
A
Ongeschreven bron
B
Voorwerp
C
Onderwerp
D
Geschreven bron
Slide 21 - Quiz
De eerste mensen waren....
A
Boeren
B
Schrijvers
C
Jager-verzamelaars
D
Historici
Slide 22 - Quiz
Op deze plek ontstond de landbouw. Hoe wordt deze plek ook wel genoemd?
A
De vruchtbare halve maan
B
Het Midden-Oosten
C
Israël
D
De vruchtbare halve appel
Slide 23 - Quiz
Wat gebruikte de jager-verzamelaars van de dieren die ze vingen?
A
Alleen het vlees
B
De huiden en het vlees
C
De botten en het vlees
D
Alles
Slide 24 - Quiz
De tijd waarin er nog geen schrift was noemen we de....
Slide 25 - Open question
Hoe wordt deze manier van landbouw genoemd?
Slide 26 - Open question
Juist of onjuist Doordat er een overschot aan voedsel kwam hoefde niet iedereen meer boer te zijn.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 27 - Quiz
Eindigde de prehistorie in Nederland gelijk met die in Afrika?
A
Ja, want we gebruiken dit als algemeen tijdperk
B
Nee, want in Nederland hadden de mensen toen nog geen landbouw
C
Ja, want zo nauw nemen we jaartallen niet
D
Nee, want in Nederland kon men pas eeuwen later lezen en schrijven
Slide 28 - Quiz
Hiërogliefen
Grottekening
Reconstructie
geschreven bron
ongeschreven bron
primaire bron
secundaire bron
Slide 29 - Drag question
Wetenschappelijke verklaring voor het ontstaan van de mensen. Mensen zouden miljoenen jaren geleden zijn ontstaan uit apen en mensapen.
Verhalen waarin wordt verteld hoe God (of goden) de werelden de mens heeft (hebben) gemaakt.
Scheppingsverhalen
Evolutietheorie
Slide 30 - Drag question
Farao
Ambtenaren
Schrijvers
Ambachtslieden
Boeren
Slaven
Slide 31 - Drag question
Welke periode noemen we het 'oude Egypte?'
A
3300 voor Christus tot 3000 na Christus
B
3300 voor Christus tot 1300 na Christus
C
3300 voor Christus tot 332 voor Christus
Slide 32 - Quiz
Hoe werd de koning van Egypte genoemd?
A
Farao
B
Toetanchamon
C
Cleopatra
D
Opperhoofd
Slide 33 - Quiz
Door het landbouwoverschot ontstonden:
A
rattenplagen, omdat ze niet alles van het land konden halen.
B
zwemwedstrijden in de Nijl, omdat ze tijd over hadden
C
nieuwe beroepen
D
voorraden
Slide 34 - Quiz
Op de afbeelding zie je een kaart van Egypte. Waar op de kaart ligt Opper-Egypte en Neder-Egypte?
A
Opper-Egypte is de bovenste helft, Neder-Egypte in het zuiden
B
Opper-Egypte is de onderste helft, Neder-Egypte in het noorden
Slide 35 - Quiz
Waarom was het oude Egypte een 'geschenk van de Nijl'? (twee antwoorden)
A
De Nijl is de langste rivier ter wereld
B
Door de Nijl konden planten groeien in Egypte
C
Door de Nijl bleef de grond van Egypte vruchtbaar
D
De Nijl was heilig voor de oude Egyptenaren
Slide 36 - Quiz
Boeren
Jager-verzamelaars
Verplaatsen van plek naar plek
Graan, fruit en groenten verzamelen
Op dieren en vissen jagen
Kleine groepen
Enkele bezittingen die mee gedragen konden worden
Landbouw was een grote verandering voor de manier waarop mensen leefden in de prehistorie. Wat veranderde er precies? Versleep iedere verandering naar de juiste plaats.