Unterrichtsstunde 10, 8. März 2023

1 / 14
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 14 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

  • Die Bücher auf dem Tisch
  • Die Handys sind weg und kein Kaugummi

Slide 3 - Slide

Die Hausaufgaben
  • Keine Hausaufgaben 

Lernen:
  • Die Lernliste Niederländisch-Deutsch
  • Die Lernliste Deutsch-Niederländisch

Slide 4 - Slide

Was machen wir heute?
  1. Aufgabe 21 machen
  2. Grammatik erklären
  3. Die Hausaufgaben machen

Slide 5 - Slide

Praktische opdracht
Vandaag inleveren!!!! 

Let op: aantal opdrachten zijn geweigerd, omdat de teksten niet zelf geschreven zijn: GEEN hele zinnen op vertaalwebsites vertalen, doe je dat wel: onvoldoende. Schrijf zelf je tekst , want alleen dan kan je een goed cijfer halen (fouten van bijvoorbeeld naamvallen worden NIET fout gerekend).

Slide 6 - Slide

Spiel: Übersetzungen der Wörter suchen.
  

Strijd tussen 4 groepjes in de klas.

  • De klas krijgt Duitse en Nederlandse kaartjes.
  • Je gaat het kaartje met de vertaling van jouw woord zo snel mogelijk zoeken.
  • Zodra je elkaar gevonden hebt, ga je vooraan bij het bord in een rij staan.
  • De groep die als eerste alle kaartjes correct vooraan in het lokaal legt, heeft gewonnen. 

Groep 1: Koen, Tom, Nikki, Elize

Groep 2: Lucas, Luuk, Eline, Kimberly, Loïs

Groep 3: Zara, Shannen, Pim, Nathan

Groep 4: Rutger, Jayden, Merijn, Seth, Batin

Slide 7 - Slide

Spiel: Übersetzungen der Wörter suchen.
  

Strijd tussen 4 groepjes in de klas.

  • De klas krijgt Duitse en Nederlandse kaartjes.
  • Je gaat het kaartje met de vertaling van jouw woord zo snel mogelijk zoeken.
  • Zodra je elkaar gevonden hebt, ga je vooraan bij het bord in een rij staan.
  • De groep die als eerste alle kaartjes correct vooraan in het lokaal legt, heeft gewonnen. 

Groep 1: 

Groep 2: 

Groep 3: 

Groep 4: 

Slide 8 - Slide

Aufgabe 21 machen
  • Selbstständig machen
  • 6 Minuten
timer
6:00

Slide 9 - Slide

Grammatik
Persoonlijk voornaamwoord


mannelijk (m)
vrouwelijk (v)
onzijdig (o)
meervoud (m)
hij
zij
het
zij
er
sie
es
sie

Slide 10 - Slide

Grammatik
Bepaald lidwoord (der-Gruppe)
mannelijk (m)
vrouwelijk (v)
onzijdig (o)
meervoud (m)
der (Mann)
die (Frau)
das (Kind)
die (Leute)

Slide 11 - Slide

Grammatik
Onbepaald lidwoord (ein-Gruppe)
mannelijk (m)
vrouwelijk (v)
onzijdig (o)
meervoud (m)
ein (Mann)
kein
eine (Frau)
keine
ein (Kind)
kein
keine (Leute)

Slide 12 - Slide

Grammatik
Bezittelijk voornaamwoord (possessivpronomen)
mijn
mein(e)
jouw, je
dein(e)
zijn
sein(e)
haar
ihr(e)
ons, onze
unser(e)
jullie
euer/eure
hun
ihr(e)
uw
Ihr(e)

Slide 13 - Slide

Die Hausaufgaben
Die Aufgaben 22 bis 28
Aufgabe 26: op een apart blaadje de zinnen opschrijven.

Lernen:
  • Die Lernliste Niederländisch-Deutsch
  • Die Lernliste Deutsch-Niederländisch
  • Die Grammatik A + B

Slide 14 - Slide