Unit 2 Lesson 2

• Engels
• Middelbare school
• vmbo t, mavo, havo, vwo
• Leerjaar 2,3

English this week

Goals this week:

- Knowing words about 'media'

- Understanding the 'past simple' and 'present perfect' and how to use them

- Knowing the irregular verbs

- Recognising the main topic of a discussion 

- Understanding the important points in TV news segments t s

Goals this class

- Understanding the 'past simple' and 'present perfect' and how to use them

I lived in London.

I have lived in London.

Present Perfect

Past Simple

I learned my lesson.

I have learned my lesson and will never do that again.

Present Perfect

Past Simple

Past simpe and present perfect

Present simple / present continuous

Vul de juiste vorm van het werkwoord tussen haakjes in.
Last weekend, I ____ (find) a wallet.

Vul de juiste vorm van het werkwoord tussen haakjes in.
When the teacher asked him something, he _____ (not know) the answer.

Vul de juiste vorm van het werkwoord tussen haakjes in.
___ you _____ (like) being in the school band when you were young?

Vul de juiste vorm van het werkwoord tussen haakjes in.
My mum _____ just ____ (wash) my new jacket.

Vul de juiste vorm van het werkwoord tussen haakjes in.
My friends _____ (not watch) that new movie yet.

Vul de juiste vorm van het werkwoord tussen haakjes in.
___ your brother ever _____ (play) guitar?

Past simple

- Verleden tijd

- Afgelopen

- Tijdsbepaling

werkwoord + ed

OF 2e rijtje

onr. ww (blz. 170/178/190)

Present perfect

In het verleden begonnen en;

- nu nog aan de gang

- resultaat merkbaar

has/have + ww+ed 

OF

has/have + onr. ww. 3e rijtje

past simple vs present perfect

•  I worked in Zutphen for seven years.
  
•  (ik werk er nu dus niet meer)
  
• I went to New York in 2015.
• (1x in 2015)
• 
  
•  I have worked for Shell for three years.
  
•   (en ik werk er nu nog steeds)
  
• I have been to New York twice.
  
• (ooit eens geweest, gaat om de ervaring)
  

Past Simple Present Perfect

Ik twijfel nog...

1. Is het op dit moment nog aan de gang? 

   Ja = present perfect                                Nee = volgende vraag

2. Gaat het over ervaringen tot nu toe?

    Ja = present perfect                               Nee = volgende vraag

3. Is het resultaat van de actie nu merkbaar?

    Ja = present perfect                               Nee = past simple

Kies de juiste tijd:
I went to my friend last night.

1. past simple (in het verleden en nu klaar)
2. present perfect (nu nog bezig/resultaat)

Kies de juiste tijd:
I have seen that movie before!

1. past simple (in het verleden en nu klaar)
2. present perfect (nu nog bezig/resultaat/ervaringen)

3. My mother ________ (work/not) yesterday.

4. My sister _________ (live) in Breda since 2018.

Now it's your turn!

Do: Unit 2, Lesson 2 ex. 5, 6 & 7 (p. 67, 68, 69)

Ready?

- Learn the irregular verbs (p. 190-191)

- Learn the words Unit 2 Lesson 2 (p. 109-110)

Day 2: English this week

Goals this week:

- Writing a good English sentence with the right word order 

- Describing feelings and events in personal notes, 

emails or on social media  

- Responding to advertisements  

- Writing a short, simple report 

Do you remember last class?

Word order

Kies de juiste volgorde/ choose the right wordorder

1. Wie - doet - waar - wat - wanneer
2. Wie - doet - waar - wanneer - wat
3. Wie - doet - wat - wanneer - waar
4. Wie - doet - wat - waar - wanneer

Woordvolgorde van een Engelse zin

Let op:

- TIJD kan ook vooraan in de zin (als je er de nadruk op wilt leggen)

- woorden die aangeven HOE VAAK iets gebeurd (always, often, never, usually, sometimes)

                      => komen VOOR het hoofdwerkwoord, maar NA ‘am/are/is/was/were’.

Lesson 3: Online shopping

Do you know the words about 'online shopping'?

asking price

refund

to collect

aankoop

aantal

allerlei

beantwoorden

een bod doen

kassa

momenteel

op voorraad

ophalen

terugbetalen

winkelwagen

vraagprijs

checkout

purchase

shopping cart

variety

in stock

quantity

to respond to

to make an offer

currently

past simple vs present perfect

to reveal

skill

to become

bekendheid

delen

doorbraak

eigenschap

omgaan met

steun

uitblinken in

uitdagen

worden

vaardigheid

stem

onthullen

support

fame

voice

break

to challange

trait

to respond to

to interact with

to excel at

Kies de juiste tijd:
I have been at Pinkpop for 2 years now.

1. past simple (in het verleden en nu klaar)
2. present perfect (nu nog bezig/resultaat/ervaringen)

1. I ___________ (never/meet) my grandparents.

2. We ________ (eat) sushi last night.

Vul de juiste vorm van het werkwoord tussen haakjes in.
Yesterday, they ____ (cancel) the match because of the frost.

Vul de juiste vorm van het werkwoord tussen haakjes in.
This morning I _____ (not hear) the alarmclock.

Vul de juiste vorm van het werkwoord tussen haakjes in.
___ she _____ (tell) you my secret?

Writing, Lesson 3 exercises

1. Read the word about 'online shopping' page 190 and the expressions ons page 191.

2. Read the texts and do ex. 1, 2 & 3 (blz. 158)

2. Check your work. Use the answers in Teams.

Vul de juiste vorm van het werkwoord tussen haakjes in.
I _____ already _____ (see) that movie twice.

Vul de juiste vorm van het werkwoord tussen haakjes in.
My father _____ (not read) the paper yet.

Vul de juiste vorm van het werkwoord tussen haakjes in.
___ you ever _____ (hear) of that fairy tale?