08-10-2024 Cursus 3 Fictie § 6

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Planning

1. Dictee

2. Instructie

3. Zelfstandig werken

4. Huiswerk noteren

5. Afsluiten

Kruisjes

3 strikes, you're out

DICTEE DICTEE DICTEE DICTEE

* noodglijbaan

* geëvacueerd

* passagiers

* incident

*veiligheid

www.telegraaf.nl

Lesdoel:

Ik weet het verschil tussen fictie en non-fictie.

Fictie 

Fictie: teksten waarin de schrijver je bijvoorbeeld informatie geeft over een bepaald onderwerp, je wil overtuigen van zijn mening of je wil uitleggen hoe je iets moet doen.

Tekstgrootte is aan te passen wanneer het niet op een pagina past.

Non-fictie

Non-fictie: Dat zijn verhalen die de schrijver heeft verzonnen. Het doel van fictie is amuseren – de schrijver wil dat jij zijn verhaal met plezier leest, bijvoorbeeld omdat je het spannend, zielig of aangrijpend vindt.

Daardoor kun je even helemaal wegdromen bij een verhaal, aan het denken worden gezet of je voorstellen hoe het is om iemand anders te zijn.

Tekstgrootte is aan te passen wanneer het niet op een pagina past.

Huiswerk:

Cursus 3

§ 6 Opdracht 1 tot en met 3

Cursus Woordenschat

§ 1 Opdracht 1 tot en met 3

Aan de slag .......

Cursus 3 Fictie

§ 6 Opdracht 1-2-3 maken

Cursus Woordenschat

§ 1 Gezondheid opdracht 1 -2-3 maken

Einde van de les