P1B: U1_L2_5 230924

C1A: U1_L2_5 170924
P1B: Lesson 5 23-09-2024
1 / 12
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 12 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

C1A: U1_L2_5 170924
P1B: Lesson 5 23-09-2024

Slide 1 - Slide

Unit 1
For H
Unit 1: Grammar
  1. Personal Pronouns
  2. to be
  3. A/an
  4. This/that, these/those
  5. Cardinal numbers

Slide 2 - Slide

Unit 1
For H
Unit 1 : Friends
Lesson 2 : Writing
  1. Personal Pronouns
  2. Phrases

Slide 3 - Slide

Ik zie je. = I see you.
Jij ziet mij. = You see me.
  1. persoonsvorm
  2. het onderwerp
  3. het lijdend voorwerp
  4. het meewerkend voorwerp

Slide 4 - Slide

wie - doet - (aan wie) - wat 
  1. persoonsvorm
  2. het onderwerp
  3. het lijdend voorwerp
  4. het meewerkend voorwerp
Mijn vriend vertelt me ​​een geheim.

Slide 5 - Slide

Personal Pronouns
ik
I
mij
me
jij
you
jou
you
hij
he
hem
him
zij
she
haar
her
het
it
het
it
wij
we
ons
us
jullie
you
jullie
you
zij
they
hen
them

Slide 6 - Slide

...ook na voorzetsels
for, against, about, of, in, into, near, on, onto, over, than, to, under, with, without, etc.
You play with me against him without her.
Jij speelt met mij tegen hem zonder haar.

Slide 7 - Slide

Phrases : Je stelt jezelf voor
Hoi, ik ben Alex en ik ben 14 (jaar oud).
Hi, I am Alex and I'm 14 years old.
Ik heet Timothy maar iedereen noemt me Tim.
My name is Timothy but everyone calls me Tim.
Hoi, ik heet Savannah.
Hi, my name is Savannah.
Ik woon in Brighton.
I live in Brighton.
Wij komen uit York.
We're from York.

Slide 8 - Slide

Phrases : Je vertelt iets over je familie
Ik heb twee zussen.
I've got two sisters.
Mijn zus heet Sigrid.
My sister's name is Sigrid.
Ik heb een jongere broer die Alex heet.
I've got a younger brother called Alex.
Ik ben enig kind.
I'm an only child.
Ik heb geen broers.
I haven't got any brothers.

Slide 9 - Slide

Phrases : Je beschrijft jezelf

Ik ben erg verlegen.
I'm very shy.
Ik ben erg zelfverzekerd.
I'm very confident.
Ik heb kort blond haar en helderblauwe ogen.
I've got short, blond hair and bright blue eyes.
Ik heb lang, donker haar en bruine ogen.
I've got long, dark hair and brown eyes.

Slide 10 - Slide

Phrases : Je vertelt wat je leuk vindt en waar je goed in bent



Ik ben goed in voetbal en volleybal.
I'm good at football and volleyball.
Ik ben niet zo goed in tennis.
I'm not very good at tennis.
Ik vind het leuk om bij mijn familie te zijn.
I like hanging out with my family.
Maar het allerleukste vind ik..
But best of all, I love …
Ik ben gek op zwemmen.
I'm very keen on swimming.

Slide 11 - Slide

Homework
New Interface
Unit 1: Friends > Lesson 2: Writing > Assignments
  • Try Out 3
  • Grammar 23
  • Phrases 24
  • Practise More: Grammar 3 + Phrases 2 , 3

Slide 12 - Slide