Disk Bellen en mailen introductie deel 2

In dit thema oefen je met bellen en mailen.
1 / 24
next
Slide 1: Slide
NT2Middelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

In dit thema oefen je met bellen en mailen.

Slide 1 - Slide

Lees dialoog 1 met een goede lezer. De docent speelt de leerling.
Lees daarna dialoog 2.

Wat zijn de verschillen?
Bel jij zelf wel eens af?
Praat je dan anders dan tegen vrienden?


Slide 2 - Slide

Schrijf een tip om een goed telefoongesprek te voeren.

Slide 3 - Open question

Ik word wakker en voel me ziek.

Wat moet ik doen?

Wat gebeurt er als ik niet afbel?

Slide 4 - Slide

's ochtends
  • in de ochtend
  • van 7.00 - 12.00  uur
  • zin: Ik drink 's ochtends altijd koffie.
  • zin: 's Ochtends om half 9 begint de school. 

Slide 5 - Slide

's middags
  • in de middag
  • van 12-18 uur
  • zin: De leerlingen zijn            's middags vrij. 

Slide 6 - Slide

's avonds
  • in de avond
  • van 18.00 - 0.00 uur
  • zin: Ik drink 's avonds altijd melk.
  • zin: 's Avonds is het donker. 

Slide 7 - Slide

's nachts
  • in de nacht
  • van 0.00 - 7.00 uur
  • zin: Ik droom 's nachts. 

Slide 8 - Slide

aardig
  • lief 
  • vriendelijk
  • zin: De leerling is heel aardig.
  • zin: De aardige buurman verhuist morgen.

Slide 9 - Slide

de afspraak
  • dat wat je afspreekt
  • waar - wanneer - waarom
  • de afspraak - de afspraken
  • zin: Ik heb een afspraak bij de dokter.
  • zin: Morgen gaat de afspraak niet door. 

Slide 10 - Slide

bellen
  • contact hebben met iemand met een telefoon
  • werkwoord 
  • ik bel - wij bellen
  • zin: Ik bel met mijn broer.
  • zin: Ik ga de dokter bellen.

Slide 11 - Slide

beter
  • goed - beter - best 
  • zin: Ik ben beter in taal dan in rekenen.
  • zin: Elke dag wordt mijn Nederlands beter.

Slide 12 - Slide

We doen nu samen bron 1 op DISK
beantwoord daarna de vragen

Slide 13 - Slide

Pak je laptop

Slide 14 - Slide


Ik ben ........... heel lang op school.
A
datum
B
al
C
bellen
D
afspraak

Slide 15 - Quiz

Ik beloof de docent dat ik op tijd kom.
Dat is een .......................
1
A
dag
B
datum
C
afspraak
D
beter

Slide 16 - Quiz


1
A
Hij belt.
B
Hij loopt.
C
Hij schrijft.
D
Zij belt.

Slide 17 - Quiz

Hij is nog niet ...............................
1
A
aardig
B
afspraak
C
beter
D
ziek

Slide 18 - Quiz

Ik mag hier .......................
1

Slide 19 - Open question

Latifa was ziek.
Wat vraag je als ze weer op school is?
Gebruik het woord: beter
1

Slide 20 - Open question

Ik help jou.
Dat is ....................
1
A
nooit
B
beter
C
bellen
D
aardig

Slide 21 - Quiz

Ik zit naast een leerling.
Wij werken ..................
6
A
's avonds
B
nooit
C
samen
D
regel

Slide 22 - Quiz

Wat is een regel in de klas?
timer
2:00
6

Slide 23 - Open question

Ik ga ................. niet naar school.
6
A
's mogens
B
's morgens
C
's avonds
D
's avons

Slide 24 - Quiz