5.1 en 5.2 Herhaling

H5. Kracht en beweging
5.2. voortstuwen en vertragen
Benodigdheden
- Boek en schrift
- Pen, potlood
- Rekenmachine





Huiswerk
Opgave 12 t/m 20
Deadline 07-02-21 23:59
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 14 slides, with text slides.

Items in this lesson

H5. Kracht en beweging
5.2. voortstuwen en vertragen
Benodigdheden
- Boek en schrift
- Pen, potlood
- Rekenmachine





Huiswerk
Opgave 12 t/m 20
Deadline 07-02-21 23:59

Slide 1 - Slide

Versnelling



a = versnelling  (m/s2)
t = tijd  (s)
v = snelheid (m/s)
versnelling is de snelheidsverandering per seconde
a=ΔtΔv
Δv=veindvbegin

Slide 2 - Slide

Afgelegde 
afstand bepalen

Je kan met de (v,t)-diagram 
de afstand bepalen

Afstand(s) = oppervlakte onder grafiek


s=vt

Slide 3 - Slide

Voortstuwende krachten
Zwaartekracht bij een val, helling omlaag....
Motorkracht bij auto, motor, vliegtuig....
Spierkracht bij fietsen, zwemmen, lopen..

Slide 4 - Slide

Tegenwerkende krachten
  • Luchtwrijving
  • Rolwrijving

Slide 5 - Slide

Resultante 

Voortstuwen=Tegenwerken
  • 1e wet van Newton =als de resultante kracht Fres = 0 N dan is er geen verandering van snelheid.

  • Voorwerp in beweging = constant 
  • Voorwerp staat stil=blijft stil

Slide 6 - Slide

opgave 1
Amy rijdt in de auto van Rotterdam naar Den Haag . De afstand tussen deze steden is 25 km. Op de heenreis doet Amy  30 minuten over de rit. Bereken de gemiddelde snelheid van Amy tijdens de heenreis. Geef je antwoord in km/h. 

Slide 7 - Slide

opgave 2a
Een auto rijdt met een snelheid van 55 km/h . De automobilist wilt een vrachtwagen die voor hem rijdt inhalen. Daardoor versnelt de auto in 4,8 s  tot 80 km/h. Bereken de versnelling van de auto.


Slide 8 - Slide

opgave 2b
Als de automobilist eenmaal met een snelheid van 80 km/h rijdt, blijft hij 2,0 s  met deze snelheid rijden. Bereken de afstand die de automobilist in die 2 s aflegt.


Slide 9 - Slide

opgave 3a
Lisa rijdt met constante snelheid over de brug tegen de wind in. De voortstuwende kracht (Fv) is voortdurend gelijk aan       45 N. Bereken de wrijvingskracht(Fw)

Slide 10 - Slide

opgave 3b
Lisa rijdt nog steeds op de fiets met een voortstuwende kracht (Fv) van 50 N, Eline verlaat de brug en fietst door de tunnel, haar wrijvingskracht (Fw) daalt naar 20 N. Hoe groot wordt de resulterende kracht(Fres)?

Slide 11 - Slide

opgave 4a
Bereken de versnelling  die plaatsvind de eerste 20s

Slide 12 - Slide

opgave 4b
bereken de totaal afgelegde afstand met de oppervlakte methode

Slide 13 - Slide

Huiswerk
opgave 12 t/m 20
Deadline zo 07-02-21 23:59 via teams/mail
(kim.burgers@ozhw.nl)

Slide 14 - Slide