Startscherm H2 woensdag 25 november

• Mentorles
• Voortgezet speciaal onderwijs

Goedemorgen!

Goedemorgen!

1.  Jassen uit en op de gang
2. Telefoons in het mandje​
3. Op tafel:
   - boek en schrift voor komende les
   - pen
4. Tassen in de kast
5. Om 08.30 uur zit je klaar om te beginnen

Goedemorgen!

Programma en bijzonderheden

1	Duits	Inka
2	Engels	Inka
	kleine pauze
3	Aardrijkskunde	Hans
4	Nederlands	Inka	oefentoets H2
	grote pauze
5	Engels	Inka	BFG
6	Mentorgroep	Inka	Scol-lijst invullen

Duits: lesrooster laten invullen, huiswerk besproken, 

Engels: toets besproken, big great story gekeken, Zondag met Lubach gekeken over fabeltjesfuik/internetgevaar

NL: maak instructie van jezelf. Vonden ze moeilijk ('saai')

Deutsch

Sprechen 36 - 41

werkblad vraagwoorden maken/printen

Unterrichts-ziel

Wiederhohlung Grammatik der/die/das + plural (meervoud)

Sprechen

dinsdag 8 december toets hoofdstuk 3!

Das Programm für heute

1. Schreibe auf was du weißt...

2. Sprechen, 2 spiele

der die das

der  = mannelijke persoons- en diernamen: der Junge, der Stier

der die das

die = 

• Vrouwelijke persoons- en diernamen: die Oma, die Kuh
• 'dingen' eindigend op -e: die Rose, die Lampe, die Adresse
• woorden eindigend op 
  - heit          die Freiheit
  - keit          die Möglichkeit
  - schaft    die Freunschaft

der die das

das = onzijdig, in NL vaak ook HET

het paard - das Pferd

het huis    - das Haus

het lied     - das Lied

Plural = meervoud

Mannelijk	umlaut + e	der Ball, die Bälle
Vrouwelijk	+ (e)n	die Straße, die Straßen
Onzijdig	+ e	das Heft, die Hefte
Mannelijk + onzijdig op -el/-en/er	meestal onveranderd	der Onkel, die Onkel das Mädchen, die Mädchen der Lehrer, die Lehrer
veel woorden op -a/-i/-o/-y	+ s	das Handy, die Handys das Auto, die Autos

Plural = meervoud

-> lidwoord in meervoud: altijd DIE

-> au: umlaut op de a: das Haus, die Häuser

-> bij vrouwelijke en onzijdige woorden, net als in het NL:

verdubbeling van n of s op het eind:

die Königin, die Königinnen

das Zeugnis, die Zeugnisse

English

Goal for today

Program for today

1. Together: Repeat grammar 'can <-> be able to'

2. Watching: F, page 43 textbook, page 71 act.book

3. Write an article (ex. 11, page 69)

Nederlands

Lesdoel

Je leert over verwijswoorden

Programma

1. Uitleg verwijswoorden

2. maken opdracht 1 t/m 5

3. ?

Woordbingo woordjes C+D

- 9 vakjes, 3x3

- schrijf 9 Engelse op van blz 50

- ik noem de Nederlandse vertaling

- wie het eerst de hele kaart heeft, heeft gewonnen.

Mentorgesprek

.

Lootjes trekken

Goedemorgen!

Dagafsluiting

1. Hoe was je dag?

2. Mededelingen/bijzonderheden

3. ABC  =  Agenda - Boeken - Corvee

Fijne middag!