les 7 SO H7 bespreken en H6 herhalen

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

Welkom Zb1a

Startklaar

• Zit ik op mijn plek?
• Telefoon in het Zakkie in mijn tas?
  
• Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
• Schoolspullen op tafel? pen, potlood, geodriehoek, gum, rekenmachine op tafel. 
• Ben ik stil om te starten met de les?

Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan het welbevinden van leerlingen. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zitten startklaar en zijn bijvoorbeeld ingelogd in LessonUp en hebben hun JdW-map op tafel.

Wat zijn de schoolregels?…

• Respect: Ik heb respect voor mijn docent en klasgenoten.
  
• Ik luister goed tijdens de les.
  
• Als de docent praat of uitleg geeft ben ik stil.
  
• Ik steek mijn vinger op als ik een vraag wil stellen. Ik roep niet door de klas, ook niet om op anderen te reageren. Ik bemoei me met mezelf. 
• Natuurlijk zit ik op mijn eigen plek en gebruik ik alleen mijn eigen spullen

Aanspreekbaar blijven

Niet over de streep

SO hoofdstuk 7

Iedereen die het SO gemaakt heeft, heeft een voldoende! 

Vandaag gaan we 4 belangrijke vragen van het SO nog een keer bespreken zodat je zeker weet dat je het op het proefwerk foutloos kan. 

Daarna gaan we 3 belangrijke dingen van hoofdstuk 6 herhalen.

Aan het einde tijd voor Quizizz op de laptop! 

Even herhalen!

We gaan Hoofdstuk 6 herhalen. 

belangrijk: het antwoord bedenk je voor jezelf. Dat ga je niet door de klas roepen.

Als je een beurt krijgt mag je het antwoord zeggen en uitleggen waarom dat antwoord volgens jou goed is. 

Is -0,001 een positief of een negatief getal?

1. Positief
2. Negatief
3. Geen van beiden

Vul in:
2 ...... -4

1. <
2. >

Vul in:
-2....-1

1. <
2. >

Vul in:
-15 ... -150

1. <
2. >

Vul in:
0,31 ... 0,3

1. <
2. >

Vul in:
-0,31 ... -0,3

1. <
2. >

Vul in:
-0,25 ... -0,2

1. <
2. >

Vul in:
-5 ... -25

1. <
2. >

Wat is het goede antwoord?
-3 - - 6 =

1. -3 - 6 = -9
2. -3 + 6 = 3
3. -3 - 6 = -3
4. -3 + 6 = 9

Wat is het goede antwoord?
- 8 - - 4 =

1. - 8 - 4 = -12
2. - 8 + 4 = -12
3. - 8 - 4 = -4
4. - 8 + 4 = -4

Wat is het goede antwoord?
- 3 + - 4 =

1. - 3 - 4 = -7
2. - 3 + 4 = 7
3. - 3 - 4 = 7
4. - 3 + 4 = 1

Wat is het goede antwoord?
3 + - 8 =

1. 3 - 8 = 5
2. 3 + 8 = 11
3. 3 - 8 = -5
4. 3 + 8 = 5

Wat is het goede antwoord?
8 - 9

1. 1
2. -1

3 + 6 x 6 - 6 = 

Rekenvolgorde

Stap 1: tussen de ()

Stap 2: x en : (van links naar rechts)

Stap 3: + en - (van links naar rechts)

Zet steeds een streepje onder wat je eerst moet uitrekenen.

Iedere stap op een nieuwe regel

3 + 6 x 6 - 6 = 

3 + 36  - 6 = 

39 - 6 = 33

Rekenvolgorde

Stap 1: tussen de ()

Stap 2: x en : (van links naar rechts)

Stap 3: + en - (van links naar rechts)

Zet steeds een streepje onder wat je eerst moet uitrekenen.

Iedere stap op een nieuwe regel

4 x (8 - 3) + 4 : 2 =

Rekenvolgorde

Stap 1: tussen de ()

Stap 2: x en : (van links naar rechts)

Stap 3: + en - (van links naar rechts)

Zet steeds een streepje onder wat je eerst moet uitrekenen.

Iedere stap op een nieuwe regel

4 x (8 - 3) + 4 : 2 =

4 x 5 + 4 : 2 = 

20 + 4 : 2 = 

20 + 2 = 22

Rekenvolgorde

Stap 1: tussen de ()

Stap 2: x en : (van links naar rechts)

Stap 3: + en - (van links naar rechts)

Zet steeds een streepje onder wat je eerst moet uitrekenen.

Iedere stap op een nieuwe regel

4 x 4 + 15 x 2 = 

Rekenvolgorde, nu zelf!

Stap 1: tussen de ()

Stap 2: x en : (van links naar rechts)

Stap 3: + en - (van links naar rechts)

Zet steeds een streepje onder wat je eerst moet uitrekenen.

Iedere stap op een nieuwe regel

18 : 2 - (2 x 2) =

Rekenvolgorde, nu zelf!

Stap 1: tussen de ()

Stap 2: x en : (van links naar rechts)

Stap 3: + en - (van links naar rechts)

Zet steeds een streepje onder wat je eerst moet uitrekenen.

Iedere stap op een nieuwe regel

Voorbeeld: - 5 - - 7     =    - 5 + 7      = 2

a. - 3 – – 8 = ......................... = ...............................

b. 5 + – 7 = .......................... = ...............................

c. –4 + – 4 = .......................... = ...............................

d. –3 – – 5 = .......................... = ...............................

Rekenen met negatieve getallen

Quizizz

Kies zelf welk hoofdstuk je gaat herhalen. Klik op het goede hoofdstuk. 

Hoofdstuk 6 negatieve getallen

Hoofdstuk 7: tabel, grafiek en formule