2.3 wie leent, maakt schuld

• Economie
• Middelbare school
• vmbo g
• Leerjaar 4

H2 Geld genoeg?

2.3 Wie leent, maakt schulden

Wat gaan we doen vandaag?

1. Terugblik
2. Uitleg theorie
3. Uitleg rekenen
4. Huiswerkcontrole en nakijken
5. Aan de slag

Wat weet je nog van
§ 2.2 Ga je sparen of beleggen?

Opbrengst beleggingen (rendement)

Opbrengst aandelen:

Dividend, koersstijging (waardestijging) van een deel

Rendement obligaties:

Rente

Rendement spaarrekening:

Rente

2.3 Wie leent, maakt schulden

• Ik kan 3 redenen geven waarom mensen geld lenen.
  
• Ik kan de kredietkosten van een lening berekenen.
  
• Ik kan aan de hand van kenmerken vijf types van een consumptief krediet herkennen.
  
• Ik kan uitleggen wat de bijzondere kenmerken zijn van een hypotheek.

Waarom lenen mensen?

Bedenk 1 voordeel van geld lenen.

Bedenk 1 nadeel van geld lenen.

Je vraagt een vriend of je even geld mag lenen om een broodje te kopen, omdat je je portefeuille bent vergeten.

1. Onvoorziene uitgave
2. Direct iets willen kopen
3. Tijdelijk geldtekort

2.3 Wie leent, maakt schulden

Consumptief krediet

Je leent geld voor een duurzaam consumptiegoed.

• persoonlijke lening 

       - koop op afbetaling (meteen eigenaar)
       - huurkoop (na laatste aflossing eigenaar)

• doorlopend krediet
• salariskrediet

Kredietvormen

Geleend bedrag = € 21.590 - € 11.590 = € 10.000

Duur van lening

Maandtermijn

Bestaat uit:

• Aflossing
• Rente

Rente

Altijd per jaar!

Kredietkosten

Totaal lening:

€ 21.519 - € 11.519 = € 10.000

Totaal terug te betalen:

€ 196,97 per maand x 60 maanden = € 11.818

Kredietkosten bedragen:

€ 11.818 - € 10.000 = € 1.818

Beau leent € 10.000. Ze betaalt 60 maanden lang € 189 per maand.

Bereken de kredietkosten die Beau betaalt.

(60 x € 189) - € 10.000 = € 1.340

Om een verbouwing te financieren kies ik voor een...

1. persoonlijke lening
2. doorlopend krediet
3. hypothecaire lening

Voor de aankoop van een auto kies ik voor een...

1. persoonlijke lening
2. doorlopend krediet
3. hypothecaire lening

Voor welke aankoop lenen de meeste mensen geld?

1. Het maken van een reis.
2. De aankoop van een auto.
3. De aankoop van een nieuwe televisie.
4. De aankoop van een huis.

Aflossen is het terugbetalen van geleend geld.

1. juist
2. onjuist

Aan de slag:

Blz 50

Som 1 t/m 12

Aan het werk!

1. Theorie van paragraaf 2.3 lezen

2. opdrachten van 2.3 maken: 4, 5, 7, 9, 11 en 12

2.3 Wie leent, maakt schulden
Leenmotieven

Leenmotieven zijn redenen om te lenen:

• tijdelijk geldtekort
• betalen van een onvoorziene uitgave.
• niet eerst willen sparen.

Kredietvormen bij leveranciers

Hypothecaire lening

Hypothecaire lening (hypotheek) = lening voor aankoop van een woning.

• Looptijd: meestal dertig jaar.
  
• Het huis is onderpand voor de bank. De bank mag het huis verkopen als je de rente en aflossing niet meer kunt betalen.

Opdrachten §2.3

Maken deze les:

• Opdracht 1 t/m 12

Wat ga je doen als je klaar bent?

• Verder met §2.4 (opdracht 1 t/m 13)
• Ander vak

Lenen kost geld

Kredietkosten

De looptijd is de duur van een lening.

Elke maand betaal je een maandtermijn, deze bestaat uit:

• aflossing: het geleende geld terugbetalen
• rente: de kost om geld te lenen

 (maandtermijnen x looptijd in maanden) - geleend bedrag = kredietkosten