Van twee hoofdzinnen kun je in sommige gevallen een samentrekking maken
1a.Jan pakt zijn tas en Jan pakt zijn jas. (2 hoofdzinnen)
1b. Jan pakt zijn tas en zijn jas (2 samengetrokken hoofdzinnen)
We hebben in Antwerpen gewinkeld en we hebben veel leuke kleren gekocht.
(2 hoofdzinnen)
We hebben in Antwerpen gewinkeld en veel leuke kleren gekocht.
(samengetrokken hoofdzinnen)