Begrijpelijk formuleren: §11 goed begrenzen (2)

Welkom
Ga lekker zitten.
Pak je schrift en een pen  
en leg je laptop vast klaar.


                                                    Nederlands havo 4
1 / 29
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Welkom
Ga lekker zitten.
Pak je schrift en een pen  
en leg je laptop vast klaar.


                                                    Nederlands havo 4

Slide 1 - Slide

Schrijven en Formuleren

Doel: ik kan signaalwoorden en voegwoorden goed gebruiken in zinnen.

Doel: ik kan onjuist begrensde zinnen herkennen. 

Slide 2 - Slide

Uitleg
1. Herhaling hoofdzin en bijzin
2. Van samengestelde zinnen enkelvoudige zinnen maken
3. Van een enkelvoudige zin een samengestelde zin maken

Slide 3 - Slide

Signaalwoorden en verbanden

Slide 4 - Slide

Signaal-/voegwoorden en verbanden

Ik vind je leuk, dus ik wil je kussen
Ik vind je leuk, maar ik wil je kussen.


Slide 5 - Slide

Hoofdzin en bijzin

Slide 6 - Slide

Nevenschikkende voegwoorden
Nevenschikkende voegwoorden verbinden hoofdzinnen (HZ) met elkaar. 
Hoofdzin: de persoonsvorm en het onderwerp staan altijd naast elkaar 

Laat je het voegwoord tussen 2 hoofdzinnen weg en zou je er een punt 
neerzetten? Dan hoef je niets aan de volgorde te veranderen.
Ik loop naar school, maar ik ga liever met de fiets.  
Ik loop naar school. Ik ga liever met de fiets.


Slide 7 - Slide

Onderschikkende voegwoorden
Onderschikkende voegwoorden verbinden hoofdzinnen en bijzinnen. 

Bijzin: Zin waarin de persoonsvorm en het onderwerp verder uit elkaar staan.
De zinnen kunnen niet los van elkaar voorkomen, zonder de woordvolgorde te veranderen.

Ik loop naar school, omdat mijn fiets kapot is.
Ik loop naar school. Omdat mijn fiets kapot is.


Slide 8 - Slide

Gisteren was ik niet op school. Vandaag ben ik er weer.
A
Bijzin - bijzin
B
Hoofdzin - hoofdzin
C
Hoofdzin - bijzin
D
Bijzin - hoofdzin

Slide 9 - Quiz

We hebben zin in de vakantie, omdat het dan weer carnaval is.
A
Hoofdzin - bijzin
B
Bijzin - hoofdzin
C
Hoofdzin - hoofdzin
D
Bijzin - bijzin

Slide 10 - Quiz

Zinnen begrenzen
1. Wanneer mag je twee zinnen met elkaar verbinden met een komma?
Hoofdzin (HZ) + bijzin (BZ)
Bijzin (BZ) + hoofdzin (HZ)

We hebben zin in de vakantie (HZ), omdat het dan weer carnaval is (BZ).
Omdat het dan weer carnaval is (BZ), hebben we zin in de vakantie.(HZ)


Slide 11 - Slide

Zinnen begrenzen
2. Wanneer mag je een zin afsluiten met een punt?

Hoofdzin 

Ik ga vandaag naar school.

Slide 12 - Slide

Zinnen begrenzen
3. Wanneer mag je twee zinnen verbinden met 'en', 'maar', 'of', 'want', of 'dus'?
                                                                                       (ezelsbruggetje: modewant)
Hoofdzin + hoofdzin

Gisteren was ik niet op school en vandaag ben ik er weer.
Gisteren was  niet ik niet op school en vandaag ben niet ik er weer.

Slide 13 - Slide

Zinnen onjuist begrenzen
Het kan op twee manieren fout gaan:
- twee hoofdzinnen onterecht aan elkaar plakken door een komma (hoofdzin "komma"  hoofdzin)

- een zinsdeel (bijzin) dat bij een zin hoort ten onrechte los laten staan en afsluiten met een punt (bijzin  "punt")

Slide 14 - Slide

Zinnen (onjuist) begrenzen)
- twee hoofdzinnen onterecht aan elkaar plakken door een komma (hoofdzin "komma"  hoofdzin)

Fout: Gisteren was ik niet op school, vandaag ben ik er weer.
Fout: Het is alweer bijna carnaval, daar hebben we allemaal heel veel zin in. 

Slide 15 - Slide

Zinnen (onjuist) begrenzen)
- twee zelfstandige zinnen onterecht aan elkaar plakken door een komma (hoofdzin "komma"  hoofdzin)
Verbetering: zet een punt of plaats 'en', 'maar', 'of', 'dus' of 'want'.

Fout: Gisteren was ik niet op school, vandaag ben ik er weer.
Goed: Gisteren was ik niet op school. Vandaag ben ik er weer
Goed: Gisteren was ik niet op school en vandaag ben ik er weer.



Slide 16 - Slide

Zinnen (onjuist) begrenzen)
- Losse bijzin: een zinsdeel (bijzin) dat bij een zin hoort ten onrechte los laten staan en afsluiten met een punt (bijzin "punt")

Fout: We hebben zin in de vakantie. Omdat het dan weer carnaval is.
Fout: Hij heeft heel hard getraind. Zodat hij de marathon kon lopen.

Slide 17 - Slide

Zinnen (onjuist) begrenzen)
- losse bijzin: een zinsdeel (bijzin) dat bij een zin hoort ten onrechte los laten staan en afsluiten met een punt (bijzin "punt")
Verbetering: Vervang de punt door een komma.

Fout: We hebben zin in de vakantie. Omdat het dan weer carnaval is.
Goed: We hebben zin in de vakantie, omdat het dan weer carnaval is.

Slide 18 - Slide

Tegenwoordig lijkt de aarde steeds meer op te warmen, daardoor smelten de ijskappen.
A
Hoofdzin - hoofdzin
B
Bijzin - bijzin
C
Hoofdzin - bijzin
D
Bijzin - hoofdzin

Slide 19 - Quiz

Tegenwoordig lijkt de aarde steeds meer op te warmen, daardoor smelten de ijskappen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 20 - Quiz

De supermarkt is erg ver weg. Daarom moeten we een heel stuk lopen, dat vind ik best wel vervelend.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 21 - Quiz

Opdracht
Open Google Classroom en maak daar opdracht 2,3 en 4 van §11 (extra opdrachten)

10 MIN. zelfstandig, daarna:
- zelfstandig doorwerken of 
- deels / helemaal samen

Over 15 min. nakijken!
timer
15:00

Slide 22 - Slide

Nakijken: zin 1
1 De regering heeft de WWIK afgeschaft, wat inhoudt dat veel kunstenaars geen geld meer krijgen van de overheid. Als ze niet meer voldoende verdienen met hun kunstwerken, moeten ze op zoek naar andere bronnen van inkomsten.

Slide 23 - Slide

Nakijken: zin 2
2 Bij rekeningrijden houdt een in de auto ingebouwd kastje precies bij hoeveel je rijdt, waar je rijdt en op welk tijdstip, wat volgens veel politici ernstige inbreuk maakt op de privacy van de burger.

Slide 24 - Slide

Nakijken: zin 3
3 Het na lange procedures afwijzen van asielaanvragen blijft een politiek zeer gevoelig onderwerp, omdat er beslissingen worden genomen die het leven van mensen totaal kunnen veranderen.

Slide 25 - Slide

Nakijken: zin 4
4 Kinderopvang is duur. Zo betaal je in 2011 een minimum van 65 euro per maand. Dat is 21 euro meer dan het jaar ervoor. Bij een modaal inkomen betaal je 113 euro, wat maandelijks 27 euro meer is dan een jaar geleden.

Slide 26 - Slide

Nakijken: zin 5
5 In 2005 verlieten 1957 uitgeprocedeerde asielzoekers vrijwillig ons land, terwijl 1323 mensen gedwongen werden uitgezet.

Slide 27 - Slide

Huiswerk
  • Maak de Drillster (in de online methode):
    §11: opdracht 1 t/m 3 en 18 t/m 20

Slide 28 - Slide

Einde les!

Slide 29 - Slide