NB AFSCHEID VAN QUEEN ELiZABETH

1 / 43
next
Slide 1: Slide
Begrijpend lezenBasisschoolGroep 7,8

This lesson contains 43 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Wat weet jij al over (het overlijden) van Koningin Elizabeth? Schrijf zoveel mogelijk op.

Slide 2 - Open question

Slide 3 - Link

leesdoel
Na het lezen weet ik wat de belangrijkste gebeurtenissen in het leven van koningin Elizabeth waren en wat de belangrijkste gevolgen zijn van haar overlijden.

Slide 4 - Slide

Inleiding
We lezen regel 5 en 6 nog een keer.
Welke overgang vond er dit weekend plaats?
Let op het signaalwoord want in r. 6
1.

Slide 5 - Slide

Beantwoord nu vraag 1 in het werkboek.

Slide 6 - Slide

Waaraan kon je bij Buckingham Palace zien dat Elizabeth was overleden.
1.

Slide 7 - Slide

Beantwoord nu vraag 2 in het werkboek.

Slide 8 - Slide

Beantwoord nu vraag 3 in het werkboek.

Slide 9 - Slide

Lees regel 18 - 20 nog een keer.
Wat betekent het koloniale verleden? (r. 19)
1.
Welke voorbeelden worden er gegeven van landen die bij het Vernigd Koninkrijk horen?
2.
Kijk in r. 25-27  nog eens goed.
Wat betekent de daad (r 25) en voorzien (r. 26)?
3.

Slide 10 - Slide

Beantwoord nu vraag 4 en 5 in het werkboek.

Slide 11 - Slide

Wat is er al gebeurd en wat gaat er nog gebeuren?
1.
Wat betekent formeel (r. 30)
2.

Slide 12 - Slide

Beantwoord nu vraag 6 in het werkboek.

Slide 13 - Slide

Lees r. 39-40 nog een keer. Wat gebeurd er na de ceremonie in Westminster Abbey?
1.
Wat betekent bijzetten (r. 40)
2.

Slide 14 - Slide

Beantwoord nu vraag 7 in het werkboek.

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

tijdbalk
De tekst gaat over het leven en overlijden van koningin Elizabeth en de
gebeurtenissen die daarop volgen. Aan jaartallen en signaalwoorden van tijd (bijvoorbeeld: toen) zie je in welke volgorde dingen gebeuren of gebeurd zijn.
Dat noem je een chronologische volgorde. Die kom je ook vaak tegen bij geschiedenis. Als je de jaartallen/stappen in de tekst op de juiste volgorde zet in een tijdbalk, krijg je een goed overzicht van de informatie in de tekst.

Slide 17 - Slide

lesdoel 2
WOORDENSCHAT
Ik leer de betekenis van tien woorden. Met deze tien woorden kan ik vragen beantwoorden.

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Slide

Slide 39 - Slide

Slide 40 - Slide

Slide 41 - Slide

aan het werk
Lees samen de tekst nog een keer.

Onderstreep de woorden in de tekst in de tekst die je net hebt opgeschreven.


KLAAR

Snappet
begrijpend lezen
Week 34
Woordenschat

Maak alle opgaven.

Slide 42 - Slide

Slide 43 - Slide

More lessons like this