2.2 Sociale wetten

Par 2: 
Sociale wetten
1 / 15
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Par 2: 
Sociale wetten

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
Je kunt beschrijven hoe verschillende politieke groepen naar de sociale kwestie keken
Je kunt een opsomming van verschillende sociale wetten geven en ze uitleggen
Je kunt beschrijven hoe de Nederlandse overheid omging met de crisis van de jaren dertig van de 20e eeuw

Slide 2 - Slide

Aandacht voor de arbeider
Sociale kwestie: eind 19e eeuw belangrijk in de politiek 
Waarom?
Industrialisatie en verstedelijking
Aandacht vanuit rijkere burgerij voor ellende van arme mensen - ziektes raakten hen ook 
Betere hygiëne in armere wijken was belangrijk voor alle inwoners steden
Gezonde arbeiders: handig voor Industrie



Slide 3 - Slide

Aandacht voor de arbeider/2
Confessionelen maakten zich ook zorgen over ideeën en gedrag van arbeiders (minder invloed/grip op die groep door minder kerkgang)
Vakbonden kwamen op
Socialisme, nieuwe zuil kwam op
Spanningen onder arbeiders door omstandigheden, demonstraties, zelfs 
revolutie 
dus: sociale onrust. 1888 eerste socialist in parlement

Slide 4 - Slide

Schrijf de vier zuilen van de NL politiek hier op

Slide 5 - Open question

Welke 2 zuilen hoorden bij de confessionelen?

Slide 6 - Open question

De eerste sociale wetten
politici vonden dat er iets moest gedaan worden vanuit de overheid aan armoede en misstanden
Gevolg: de Sociale Wetten
1874  'Kinderwetje' van Samuel van Houten - tot 12 jaar geen arbeid in werkplaats/fabriek (op het land mocht nog wel, werd niet goed gecontroleerd)
1889: Arbeidswet - gericht op werktijden van vrouwen en jongeren (12-16 jr.) en later ook voor mannen

Slide 7 - Slide

Eerste sociale wetten/2
1900: Leerplichtwet - kinderen van 6 -12 jr. moesten onderwijs volgen
1901: Ongevallenwet - hiermee zette de OH eerste sociale verzekering op Gevaarlijk werk? Verplicht verzekerd. Ongeval gehad en niet meer kunnen werken? Uitkering
1901: Woningwet - tegen slechte leefomstandigheden van arbeiders. Gemeenten moesten eigenaren dwingen voor deugdelijke woningen te zorgen. Krotten werden afgebroken. 
Al met al: Overheid was anders gaan denken over bemoeienis met burger eind 19e eeuw

Slide 8 - Slide

Wat is de sociale kwestie?
A
De armoede onder boeren in de 19e eeuw.
B
De wet kinderarbeid te verbieden.
C
De slechte levensomstandigheden van de arbeiders en het besef dat hier een oplossing voor moest komen
D
Wetten waarmee het leven van rijke mensen in de 19e eeuw beter zou moeten worden.

Slide 9 - Quiz

Sociale wetten zijn ...

A
Wetten die de leef- en werkomstandigheden van arbeiders verbeteren.
B
Wetten die er voor zorgen dat arbeiders beter samenwerken.
C
Wetten die zorgen dat fabriekseigenaren meer rechten krijgen.
D
Wetten die de relatie tussen overheid en arbeiders vastleggen.

Slide 10 - Quiz

Geef een voorbeeld van een sociale wet.

Slide 11 - Open question

Aan het werk:
Maken: Tijd voor Geschiedenis
Katern 2 Sociale zekerheid
1.2: vraag 1 t/m 8

Slide 12 - Slide

Overheid in crisistijd
- Beurskrach Wall Street 1929: wereldwijde crisis
Gevolg: Gestegen werkeloosheid - van 100 000 naar 480 000 in 1936
Armoede
Overheid bood hulp: Steun in vorm van uitkering (laag, stimulans om werk te zoeken)
Stempelen - twee keer per dag
Werkverschaffingsprojecten - zwaar handwerk, uitgraven kanalen en aanleg dijken en parken

Slide 13 - Slide

Colijn
Hendrik Colijn werd in 1933 minister-president.
Grote dure maatregelen, stimulans economie
Veel besparen: aanpassingspolitiek - niet meer uitgeven dan er binnenkomt, zo weinig mogelijk staatsschuld!
Bezuinigingen in onderwijs en loon ambtenaren.
Verlaging steunbedrag voor werklozen.
Gevolg: wanhoop, oproer,  woede. 
Ook niet heel succesvol, deze politiek. Verlenging van crisis hierdoor

Slide 14 - Slide

Aan het werk:
vraag 8 t/m 21 afmaken

Slide 15 - Slide