#Expertles- Observeren 1

Observeren 1
Les: Observatie(technieken)
1 / 28
next
Slide 1: Slide
BeroepsorientatieMBOStudiejaar 1

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Observeren 1
Les: Observatie(technieken)

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Programma
Deel 1:
1. Lesdoelen
2. Theoretisch gedeelte over:
  • Wat is observeren?
  • Observatietechnieken
3. Afsluiting les

Slide 2 - Slide

Deel 1: 90 min (2 x45 min)

5 min. Welkom en AWR
10 min. Energizer
4 min. lesdoelen
3 min. Programma
10 min  Theoretische gedeelte
15 min  Opdracht valkuilen
10 min Welke valkuilen horen bij de situatie (klassikaal)
15 min Leeractiviteit 5
5 min Check Lesdoelen
5 min Afsluiting les

82 min. totaal




Observeren

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Slide 4 - Video

This item has no instructions

Observeren
Observeren is doelgericht en bewust waarnemen met de bedoeling informatie te verzamelen.


  • Doelgericht is vooraf nagedacht hebben waar je op wil gaan letten.

  • Bewust is dat je regelmatig signalen “opvangt” die gerelateerd zijn aan het observatie doel.


Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Observeren

De eisen die aan een observatie gesteld worden: 


  • Betrouwbaar
  • Valide 
  • Objectief
  • Nauwkeurig 
  • Onafhankelijk 



Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Hoe weet je of iets valide/ betrouwbaar is?
Om na te gaan of je onderzoek betrouwbaar en valide is, moet je nagaan of je met de onderzoeksmethoden hebt gemeten wat je wilde meten (dus je validiteit) en of wanneer je het onderzoek herhaalt dat je dezelfde resultaten behoudt (betrouwbaarheid).

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Objectief - subjectief
Wat is verschil eigenlijk?

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Objectief
Objectief betekent feitelijk. 

Objectieve informatie bevat GEEN gevoelens, meningen of vooroordelen. 

Objectief is NIET persoonlijk. 

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Subjectief
Subjectief is persoonlijk. 

Subjectieve informatie bevat meningen, oordelen of gevoelens.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Beroepen
In sommige beroepen is het heel belangrijk om objectief te zijn (over bepaalde onderwerpen).

Kun jij bedenken bij welk beroep het nog meer heel belangrijk is om objectief te zijn?

Voorbeeld: Een rechter moet een straf bepalen of basis van feiten en niet op basis van eigen vooroordeel of gevoel. 

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Subjectief of objectief?

Koken is moeilijk.
A
Subjectief
B
Objectief

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Subjectief of objectief?

Hij heeft vreemde ideeën.
A
Subjectief
B
Objectief

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

STELLINGEN

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

'Observeren is bijzaak en dit doe je als je tijd overhebt. Gewoon elke dag goed je ogen de kost geven, is echt wel voldoende.'

Slide 15 - Poll

This item has no instructions

Observeren doe je op vaste tijden volgens een vast schema, anders zijn je resultaten per definitie subjectief.'

Slide 16 - Poll

This item has no instructions

Signaleren is de belangrijkste taak van een sociaal werker.'

Slide 17 - Poll

This item has no instructions

'Objectief observeren is makkelijk, dat kan iedereen.'

Slide 18 - Poll

This item has no instructions

Observatietechnieken
Participerend observeren
Dit houdt in dat je mee doet aan de activiteit. Je bent actief bezig en observeert tegelijkertijd. Dit doe je wanneer je nog geen concrete vraagstelling hebt.

Dit wordt ook wel interne observeren genoemd.

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

 Niet-participerend observeren
Hierbij doe je niet mee aan de activiteit in de groep. je hebt een specifiek doel wat je wil observeren. 
Vaak is dat als je een complexe observatievraag hebt.

Het wordt ook wel extern observeren genoemd.

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Oefening observeren
Bij een tramhalte staat een groepje mensen. 

Achter een wat oudere vrouw met een rollator staat een jonge jongen. Hij bukt zich en pakt snel een portemonnee uit de tas die naast de vrouw op de grond staat. 

Meteen daarna loopt hij haastig weg. De vrouw draait zich om, ziet de jongen weglopen en roept hem na, maar de jongen loopt door.


Slide 21 - Slide

In Teams staat deze opdracht onder "Oefening Tramhalte". Lees hem voordat je les geeft even door.
Reflectievragen
Bespreken tweetallen:
Bespreek het belang van observeren in het sociaal werk.
Geef daarbij een voorbeeld uit je eigen stage
timer
5:00

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen check

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Objectief
Objectief betekent feitelijk. 
Objectieve informatie bevat GEEN gevoelens, meningen of vooroordelen. 
Objectief is NIET persoonlijk. 

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Subjectief
Subjectief is persoonlijk. 
Subjectieve informatie bevat meningen, oordelen of gevoelens.

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Beroepen
In sommige beroepen is het heel belangrijk om objectief te zijn (over bepaalde onderwerpen).
Kun jij bedenken bij welk beroep het heel belangrijk is om objectief te zijn?
Voorbeeld: Een rechter moet een straf bepalen of basis van feiten en niet op basis van eigen vooroordeel of gevoel. 

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Subjectief of objectief?

Koken is moeilijk.
A
Subjectief
B
Objectief

Slide 27 - Quiz

This item has no instructions

Subjectief of objectief?

Hij heeft vreemde ideeën.
A
Subjectief
B
Objectief

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions