H4: Het nieuws selecteren

 Het Nieuws
1 / 14
next
Slide 1: Slide
MaatschappijkundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

 Het Nieuws

Slide 1 - Slide

H4 Lesdoel

Na deze les kun jij:
- vertellen welke selectiecriteria er voor nieuws zijn en deze herkennen in een bron;
- vertellen hoe je kunt controleren of een bericht betrouwbaar is.

Slide 2 - Slide


Hoe wordt nieuws geselecteerd?



  • Mensen die nieuws samenstellen en verspreiden, werken op een redactie, de redacteurs
  • Hun teksten en foto's krijgen ze van journalisten en fotografen.



Slide 3 - Slide


Hoe actueel is de gebeurtenis?

  • Nieuws is 'nieuw' (=actueel) en niet 'oud'
  • Sommig nieuws blijft 'langer actueel' (bijvoorbeeld aanslagen 9/11 en oorlogen)



Slide 4 - Slide


Hoe bijzonder is het?

  • Nieuws moet bijzonder zijn
  • Hoe vreemder, heftiger, erger hoe beter
  • De ene zender vindt dit meer nieuws dan een andere zender



Slide 5 - Slide


Hoe dichtbij is het?

  • Hoe dichterbij het nieuws, hoe belangrijker mensen het vinden
  • Herkenbaarheid zorgt ook voor een hogere nieuwswaarde: Ik hoop maar dat zoiets mij niet overkomt



Slide 6 - Slide


Wat heeft de belangstelling 
van de lezers/kijkers?



  • Wat is de doelgroep?
  • Vergelijk maar het NOS Journaal met RTL4 Nieuws of het Jeugdjournaal!



Slide 7 - Slide

De identiteit van de krant of omroep
Een Christelijke krant zal eerder een bericht plaatsten over de paus.

Slide 8 - Slide


Welke normen en waarden heeft een journalist?



  • Ook een journalist kan persoonlijke meningen en gevoelens niet uitschakelen
  • Welke rol speelt geld?
  • Paparazzi of 'echte' journalistiek?
  • Hoe ver ga je? (=zelfcensuur)



Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Samenvatting Nieuwsselectie
Waarom haalt de ene gebeurtenis het nieuws wel, en de andere gebeurtenis het nieuws 
niet. Bij het maken van zo'n selectie letten de journalisten op de volgende criteria:

  • De actualiteit
  • De nabijheid
  • Bijzonder of uitzonderlijk
  • Wat is de belangstelling van de lezers/kijkers?
  • Wat is de identiteit van de krant/omroep.
  • Eigen waarden en normen van de journalist

Slide 11 - Slide

Betrouwbaarheid van de media
Hoe weet je wanneer een bron betrouwbaar is? Door antwoord te geven op de volgende vragen: 

  • Waar komt de informatie vandaan?
  • Is de bron objectief of subjectief?
  • Wat zeggen de andere media over hetzelfde onderwerp?

Slide 12 - Slide

In de krant staat een bericht over een Japanse jongen van 8 jaar die al op de universiteit zit. Dit bericht is in de krant geplaatst omdat
A
het dichtbij is gebeurd
B
het past bij de waarden en normen van de journalist
C
het heel erg bijzonder is

Slide 13 - Quiz

Wat betekent objectiviteit?

Slide 14 - Open question