Herhaling paragraaf 1+2

Welkom bij de herhalende les van paragraaf 1+2.
Bespreek de slides met je groepsgenoten en maak de opdrachten. 
1 / 24
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Welkom bij de herhalende les van paragraaf 1+2.
Bespreek de slides met je groepsgenoten en maak de opdrachten. 

Slide 1 - Slide

Breedtegraden

20° N.B.

10° N.B.

Evenaar = 0°

10° Z.B.

20° Z.B.

---------------------------------

--------------------------------

--------------------------------

---------------------------------

Alles ten noorden van de evenaar heet het: noordelijk halfrond. Ofwel noorderbreedte, afkorting: N.B.



Alles ten zuiden van de evenaar heet het: zuidelijk halfrond. Ofwel zuiderbreedte, afkorting: Z.B.

Slide 2 - Slide

Het tropisch regenwoud

------------------------------------------------------------
Evenaar

Slide 3 - Slide

Factoren
Belangrijke factoren binnen het tropisch regenwoud:
1. Neerslag (gemiddeld 2000-4000mm);
2. Temperatuur (altijd boven de 18 graden);
3. Ligging (evenaar);
4. Vegetatie.

Slide 4 - Slide

Vegetatie = plantengroei
- Veel groen;
- Veel planten, doordat het
veel regent.
- Etages: verschillende
verdiepingen in plantengroei
(boomtoppen, jonge bomen,
zie figuur 5 in je tekstboek)

Slide 5 - Slide

Hoezo is het er altijd warm?
- Bij de evenaar vallen de 
zonnestralen recht op het
aardoppervlak. Hierdoor
wordt met veel energie, een 
klein stukje aarde opgewarmd.

             Altijd warm!

Slide 6 - Slide

Waarom zoveel regen?
1. Zon
2. Zonnestraal
3. De zonnestraal
 verwarmt het aardoppervlak
4. Lucht stijgt op
5. Lucht koelt af naar mate hij
hoger komt, hierdoor ontstaan er 
wolken en gaat het regenen.
Zon




Evenaar
2
3
4
5

Slide 7 - Slide

Liggen de tropen alleen in Afrika?
Leg je antwoord uit.

Slide 8 - Open question

De tropen bestaan uit verschillende etages, in welke etage leven veel dieren?
A
Jonge bomen
B
Boomtoppen
C
Dichtste bladerdek

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Slide

Tropisch regenwoud
Savanne
Steppe & Woestijn

Slide 11 - Slide

savanne

Slide 12 - Slide

Kenmerken savanne
  • nog vrij veel neerslag, tot wel 1200 mm per jaar
  • grassen, struiken en bomen
  • giraffes, zebra's, neushoorns etc.

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

steppe

Slide 15 - Slide

Kenmerken steppe
  • 250 - 500 mm. neerslag per jaar
  • grassen & struiken

Slide 16 - Slide

woestijn

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Kenmerken woestijn

  • minder dan 250 mm. neerslag per jaar
  • zand, rotsen of grind

Slide 19 - Slide

In de tropen ontstaat stijgingsneerslag. Klik op het oog om de omschrijving te lezen. Sleep de oogjes naar de juiste plek om te laten zien hoe stijgingsneerslag ontstaat.
3
1
2
4
De lucht gaat stijgen
De zon warmt de lucht op.
De koude lucht kan minder waterdamp bevatten. Er ontsaan wolken
Het gaat regenen.

Slide 20 - Drag question

Welke plaatje hoort bij welke omschrijving? Slepen maar!
Test je kennis over het onderwerp van deze week!
broeikasgassen
het tropisch regenwoud
kappen - kapte - gekapt
ontbossing

Slide 21 - Drag question

Naaldboomgordel
Steppe
Loofboomgordel
Toendra

Slide 22 - Drag question

Droog gebied, valt geen neerslag
Groeien veel verschillende planten en bomen, veel neerslag, altijd warm
Weinig neerslag, hier groeit alleen gras en wat struiken
Minder neerslag dan de tropen, hier groeien bomen en gras
Tropen
Savanne
Steppe
Woestijn

Slide 23 - Drag question

Savanne
Woestijn
Steppe
Noorden van Mali
Zuiden van Mali
Midden van Mali

Slide 24 - Drag question