Maandag en dinsdag 13-14 jan.

Rekenen

1. Opdrachten les 6 + nakijken 
2. Taak 6 + nakijken


Klaar= Opdrachten vorige lessen, daarna Bingel

Let op! Er wordt niet vooruitgewerkt aan lessen/taken.
1 / 24
next
Slide 1: Slide
TaalBasisschoolGroep 1,6

This lesson contains 24 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 2 min

Items in this lesson

Rekenen

1. Opdrachten les 6 + nakijken 
2. Taak 6 + nakijken


Klaar= Opdrachten vorige lessen, daarna Bingel

Let op! Er wordt niet vooruitgewerkt aan lessen/taken.

Slide 1 - Slide

Aan de slag:

Maken opdrachten:
2 + flitsles 5

Minimaal opd. 2+ 10 flitswoorden af.







Klaar= Squala op het chromebook
timer
15:00

Slide 2 - Slide

de balie

Slide 3 - Slide

de kwaliteit

Slide 4 - Slide

de reclame

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Maak jouw eigen skigebied. Hoe?
1. Basisidee bedenken: Hoe ziet jouw skigebied eruit? Is het modern, sprookjesachtig, of misschien een ouderwets bergdorp? 

Schets een globaal plan op een A4-papier. Welke elementen wil je toevoegen? Waar komen deze op je papier?

TIP: Kijk op je Chromebook: Zoek inspiratie voor skipistes, liften, en gebouwen. Je kunt ook zoeken naar kaartjes van echte skigebieden.

Slide 13 - Slide

Maak jouw eigen skigebied. Hoe?
2. Het maken van jouw gebied. 

Teken en knip uit losse papieren. Plak deze elementen vervolgens goed op. Denk aan het creëren van diepte. (zoals een berg op de achtergrond en een piste op de voorgrond.)

  • Gebruik je eigen creativiteit


Slide 14 - Slide

Maak jouw eigen skigebied. Hoe?
  • Voeg ook details toe
Denk aan: skiliften, chalets, skiparkeerplaatsen, skischolen, en sneeuwkanonnen.

  • Teken wegen, mensen, of andere kleine details.

  • Creatieve toevoegingen: Misschien wil je een sneeuwpoppenwedstrijd of een ijsmeer toevoegen!

Slide 15 - Slide

Maak jouw eigen skigebied. Hoe?
Eisen:
1. Minimaal één berg.

2. Een skidorpje: Er moet een plek zijn waar mensen kunnen slapen, eten of hun spullen halen.

3. Een skilift: een lift die mensen naar boven brengt.

4. Netjes afgewerkt: Geen losse stukken, zorg dat alles goed vastzit en mooi eruitziet.


Slide 16 - Slide

Even opfrissen

Slide 17 - Slide

Dictee

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Rekenen

1. Opdrachten les 7 + nakijken 
2. Taak 7 + nakijken


Klaar= Opdrachten vorige lessen, daarna Bingel

Let op! Er wordt niet vooruitgewerkt aan lessen/taken.

Slide 22 - Slide

Het oog
1. Licht
2. Pupil
3. Ooglens
4. Netvlies
5. Oogzenuw
6. hersenen

Slide 23 - Slide

Het oor
1. Geluid
2. Oorschelp
3. Gehoorgang
4. Trommelvlies
5. Hamer
6. Slakkenhuis
7. Gehoorzenuw
8. Hersenen

Slide 24 - Slide