What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Woorden Marieke
Woordenschat
Vandaag leer je vijf nieuwe woorden bij het thema Verliefd zijn.
Schrijf het woord op en ook de betekenis.
1 / 53
next
Slide 1:
Slide
This lesson contains
53 slides
, with
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Woordenschat
Vandaag leer je vijf nieuwe woorden bij het thema Verliefd zijn.
Schrijf het woord op en ook de betekenis.
Slide 1 - Slide
verwachten
waarschijnlijk gaat het gebeuren
'ik denk dat het zo zal zijn'
vermoedelijk
Zin: Ik
verwacht
dat het vandaag gaat regenen.
Slide 2 - Slide
het winkelcentrum
een paar winkels bij elkaar
vaak onder één dak
meestal met een supermarkt
Zin: We zien elkaar in het
winkelcentrum
, vanmiddag!
Slide 3 - Slide
passen
meervoud van: de pas
kleding aandoen en kijken of je het mooi vindt staan
(kleren) uitproberen
Zin: Ik ga dit jurkje even
passen
!
Slide 4 - Slide
raden
gokken
een antwoord proberen te geven
niet zeker weten
Zin:
Raad
eens hoe oud ik ben? Inderdaad, ik ben 25.
Slide 5 - Slide
de invloed
iets wat gevolgen heeft voor iets of iemand anders
macht hebben
kunnen bepalen wat er gebeurt
Zin: Vrienden hebben vaak veel
invloed
op jouw leven.
Slide 6 - Slide
Woordenschat
Vandaag leer je vier nieuwe woorden bij het thema Verliefd zijn.
Schrijf het woord op en ook de betekenis.
Slide 7 - Slide
de opvatting
ander woord voor: de mening;
wat jij ervan vindt;
een opvatting is persoonlijk. Iemand anders kan een andere opvatting hebben;
zin: Mijn
opvatting
is dat iedereen zich aan de coronaregels moet houden.
Slide 8 - Slide
spannend
een beetje eng, maar vaak ook leuk;
een beetje angst hebben, maar ook nieuwsgierig zijn;
Zin: Ik vind het
spannend
om naar een nieuwe school te gaan.
Slide 9 - Slide
de opmerking
iets wat je zegt;
iets wat je schrijft;
zin: Jij maakt een leuke
opmerking
naar dat meisje.
Slide 10 - Slide
onzeker
als je weinig vertrouwen in jezelf hebt;
als je niet goed weet wat je moet doen;
zin: Ik was erg
onzeker
toen ik de eerste keer op de Schakel was.
Slide 11 - Slide
Woordenschat
Vandaag leer je vier nieuwe woorden bij het thema Verliefd zijn.
Schrijf het woord op en ook de betekenis.
Slide 12 - Slide
bedenken
het idee krijgen;
iets verzinnen;
werkwoord: ik bedenk, hij bedenkt, wij bedenken
zin: Ik
bedenk
een oplossing voor het probleem.
Slide 13 - Slide
gelukkig
Wanneer je een blij gevoel hebt;
Het is een gevoel, een emotie;
Zin: Ik ben echt
gelukkig
met mijn nieuwe vriend!
Slide 14 - Slide
herkennen
weten wie je ziet;
weten wat je ziet;
werkwoord: ik herken, hij herkent, wij herkennen;
zin: Ik zie een foto en
herken
wat er op staat.
Slide 15 - Slide
logisch
vanzelfsprekend
je kunt begrijpen waarom iets uit iets anders volgt
zin: Het is
logisch
dat je het koud krijgt als je nu zonder jas naar buiten gaat.
Slide 16 - Slide
Woordenschat
Vandaag leer je vier nieuwe woorden bij het thema 'verliefd'.
Schrijf het woord op en ook de betekenis.
Slide 17 - Slide
laten
iets niet doen: Laat dat!
ermee stoppen: Laten we niet meer op elkaar schelden!
je doet een voorstel/een idee: Laten we naar de dierentuin gaan!
Slide 18 - Slide
menen
serieus bedoelen
goed/aardig/onaardig bedoelen
werkwoord: ik meen het, jij meent het, wij menen het
zin: Als ik zeg dat ik jou aardig vind, meen ik dat serieus.
Slide 19 - Slide
vertrouwen
geloven dat iemand het goed bedoelt
geloven dat iets goed gaat
vertrouw op de ander, vertrouw op jezelf
je hebt vertrouwen in........de nieuwe regels
zin: Ik vertrouw erop dat mijn man elke avond thuiskomt.
Slide 20 - Slide
omgaan met
reageren op iets: Je gaat goed om met de corona regels
bevriend zijn met iemand/ je ziet iemand regelmatig
werkwoord: ik ga met hem om, jij gaat met hem om, wij gaan met hem om
zin: Ik vind het heel leuk om met haar om te gaan.
Slide 21 - Slide
Woordenschat
Vandaag leer je vijf nieuwe woorden bij het thema Verliefd zijn.
Schrijf het woord op en ook de betekenis.
Slide 22 - Slide
de indruk
de gedachte die jij van iemand krijgt/ die iemand van jou krijgt
uiterlijk/ spraak/diploma's /arm, rijk/...........,................
de gedacht die je krijgt bij iets: ruzie, houding, iets op TV,
Zin: Omdat hij geen diploma heeft denk ik dat hij niet slim is.
Slide 23 - Slide
zielig
als iets zielig is voor iemand, voel je je vervelend omdat die persoon vervelende dingen meemaakt;
ik vind het zielig = ik vind het niet leuk dat.....
Zin: Ik vind het
zielig
voor jou dat je een ongeluk hebt gehad.
Slide 24 - Slide
zenuwachtig
als je bang bent voor iets;
ander woord: nerveus;
zin: Ik ben
zenuwachtig
om een afspraak te maken met dat meisje.
Slide 25 - Slide
twijfelen
niet weten wat je moet doen;
als je het antwoord niet zeker weet;
zin: Ik twijfel of ik de juiste keuze heb gemaakt.
Slide 26 - Slide
streng
als je wilt dat iemand zich aan de regels houdt en snel straf geeft;
bij streng hoort: een boos gezicht, een harde stem;
zin: De docenten op de Schakel zijn heel erg
streng
.
Slide 27 - Slide
Woordenschat
Eerst herhalen we een paar woorden. Daarna leer je vijf nieuwe woorden bij het thema Verliefd zijn.
Schrijf het woord op en ook de betekenis.
Slide 28 - Slide
de verkering
het gevoel dat je ergens bang voor bent;
de angst = bang zijn voor
zin: Ik heb
angst
voor grote, dikke, zwarte spinnen.
Slide 29 - Slide
opvallend
het gevoel dat je ergens bang voor bent;
de angst = bang zijn voor
zin: Ik heb
angst
voor grote, dikke, zwarte spinnen.
Slide 30 - Slide
het geloof
het gevoel dat je ergens bang voor bent;
de angst = bang zijn voor
zin: Ik heb
angst
voor grote, dikke, zwarte spinnen.
Slide 31 - Slide
uiteindelijk
het gevoel dat je ergens bang voor bent;
de angst = bang zijn voor
zin: Ik heb
angst
voor grote, dikke, zwarte spinnen.
Slide 32 - Slide
voorzichtig
het gevoel dat je ergens bang voor bent;
de angst = bang zijn voor
zin: Ik heb
angst
voor grote, dikke, zwarte spinnen.
Slide 33 - Slide
Woordenschat
Je leert nieuwe woorden bij het thema Verliefd.
Schrijf het woord op en ook de betekenis.
Slide 34 - Slide
aantrekken
je trekt kleren aan: je sokken, een broek, een jas
het gevoel tussen mensen
aantrekkingskracht: je vindt iets heel interessant/leuk/mooi van de ander
zin: Zij vindt zijn bruine ogen prachtig, ze blijft er naar kijken.
Slide 35 - Slide
de liefste
de persoon van wie je het meeste houdt
de persoon die je graag het dichtste bij je hebt
de persoon die je graag aandacht wilt geven
zin: Voor mijn liefste doe ik alles!
Slide 36 - Slide
de relatie*
de verbintenis tussen twee/meer mensen
dat wat je samen 'hebt'
een gevoel, een situatie: liefde, familie, bezit, financieel
zin: De relatie tussen de man en vrouw werd steeds beter.
zin: Het enige wat zij nog samen hebben is een financiële relatie.
Slide 37 - Slide
de verliefdheid*
het spannende, heftige gevoel tussen twee mensen
aantrekkingskracht: je denkt steeds aan de ander
in het begin van de relatie: duurt niet voor altijd
kan van één kant komen
zin: Helaas was de verliefdheid niet wederzijds.
Slide 38 - Slide
de liefde
het gevoel dat je van iemand houdt: een sterk gevoel
een liefdesrelatie zijn tussen mensen; man-man, vrouw-vrouw, man-vrouw, familie, vrienden
kan heel lang duren
zin: Ik hou zoveel van mijn man dat ik voor altijd samen wil zijn.
Slide 39 - Slide
zoenen
elkaar met de mond/ met de lippen aanraken
uiting van verliefdheid/ van liefde
bij een ontmoeting
In Nederland zoen je iemand (soms) 3 keer op de wang.
zin: Door corona zoen je veel minder!
Slide 40 - Slide
uitmaken
stoppen met de liefdesrelatie
je vertelt het niet via app of telefoon
Je maakt de relatie eerst uit, dan is er pas ruimte voor een volgende vriend/vriendin.
zin: Hij vindt het moeilijk om de relatie uit te maken want het doet haar verdriet.
Slide 41 - Slide
het liefdesverdriet
het verdriet dat je voelt als je vriend of vriendin niet meer verliefd op je is
het doet 'pijn' : physiek of mentaal (lichamelijk/ geestelijkl)
bij jongens en meisjes even groot, wel soms andere uiting
zin: Door liefdesverdriet kon zij niet meer slapen.
Slide 42 - Slide
Woordenschat
Vandaag leer je vijf nieuwe woorden bij het thema Verliefd zijn.
Schrijf het woord op en ook de betekenis.
Slide 43 - Slide
de angst
het gevoel dat je ergens bang voor bent;
de angst = bang zijn voor
zin: Ik heb
angst
voor grote, dikke, zwarte spinnen.
Slide 44 - Slide
geweldig
heel goed;
heel mooi;
heel leuk;
Zin: Ik vind alle leerlingen van klas 2EF echt
geweldig
!
Slide 45 - Slide
beloven
zeggen dat je iets zult doen;
ik beloof, hij belooft, wij beloven;
als je iets belooft aan een ander, maak je een soort afspraak;
zin: Als ik iets
beloof
, dan doet ik dat ook.
Slide 46 - Slide
constant
de hele tijd;
zonder te stoppen;
steeds;
zin: Jullie praten
constant
in de les!
Slide 47 - Slide
belachelijk
heel erg stom;
heel vreemd
zin: Ik vind zijn kleren echt
belachelijk
.
Slide 48 - Slide
Woordenschat
Vandaag leer je vier nieuwe woorden bij het thema Verliefd zijn.
Schrijf het woord op en ook de betekenis.
Slide 49 - Slide
bedenken
het idee krijgen;
iets verzinnen;
werkwoord: ik bedenk, hij bedenkt, wij bedenken
zin: Ik
bedenk
een oplossing voor het probleem.
Slide 50 - Slide
gelukkig
Wanneer je een blij gevoel hebt;
Het is een gevoel, een emotie;
Zin: Ik ben echt
gelukkig
met mijn nieuwe vriend!
Slide 51 - Slide
herkennen
weten wie je ziet;
weten wat je ziet;
werkwoord: ik herken, hij herkent, wij herkennen;
zin: Ik zie een foto en
herken
wat er op staat.
Slide 52 - Slide
logisch
vanzelfsprekend
je kunt begrijpen waarom iets uit iets anders volgt
zin: Het is
logisch
dat je het koud krijgt als je nu zonder jas naar buiten gaat.
Slide 53 - Slide
More lessons like this
dag 2
December 2022
- Lesson with
18 slides
NT2
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 1
Dinsdag 7 februari 2023
February 2023
- Lesson with
25 slides
NT2
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Maandag 1 februari 2021
April 2022
- Lesson with
23 slides
NT2
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 1
dinsdag 8 februari 2022
February 2022
- Lesson with
13 slides
Woensdag 3 februari 2021
June 2021
- Lesson with
28 slides
NT2
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 1
Maandag 6 februari 2023
February 2023
- Lesson with
45 slides
NT2
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Donderdag 4 februari 2021
June 2021
- Lesson with
19 slides
NT2
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 1
24/6 woordenschat + TL
June 2024
- Lesson with
13 slides
NT2
ISK