Hoofdstuk 6 - paragraaf 6.1

• Maatschappijwetenschappen
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

H6: Politiek in de praktijk

• Je weet waar je deze periode op getoetst wordt;
•  Je kent de kernconcepten representatie en representativiteit;
• Je kunt het verband uitleggen tussen politieke bindingen en representativiteit;
• Je kent de indicatoren die horen bij representativiteit.

TW 4

• H1 t/m H6
• Daarom: eerst H6 behandelen, daarna (en tussendoor) herhalen voorgaande hoofdstukken.

H6: politiek in de praktijk

Moeten volksvertegenwoordigers op ons lijken?

Politieke bindingen

Burgers hebben politieke bindingen met de overheid

De stabiliteit van het politiek systeem te maken met de kwaliteit van politieke bindingen in een samenleving.

Representatie

Representatie is de vertegenwoordiging van een groep in (politieke) organisaties door één of enkele betrokkenen die namens de groep optreden

Bijvoorbeeld: volksvertegenwoordigers in de politiek representeren burgers.

Bron: https://www.rtlnieuws.nl/nieuws/artikel/5222686/tweede-kamer-samenstelling-man-vrouw-leeftijd-woonplaats-verkiezingen

Kies per drietal één iemand die zometeen het kernconcept representatie voor de klas (uit het hoofd) opnoemt

Representatie en representativiteit

Bij representatie gaat het om een situatie waarin een mensen vertegenwoordigd worden

Bij representativiteit gaat het om de kwaliteit van de representatie

Representativiteit

Representativiteit is de mate waarin de (politieke) besluiten, de standpunten of achtergrondkenmerken van vertegenwoordigers overeenkomen met die van de groep die vertegenwoordigd wordt.

Representativiteit

Indicatoren van representativiteit.

Daarvoor wordt gekeken naar overeenkomsten op:

• achtergrondkenmerken - lijkt de politiek op de bevolking?
  
• standpunten - horen mensen hun mening terug bij hun politieke partij?
• besluiten - komen de standpunten en de besluiten van een partij met elkaar overeen?

Wat valt op?

Opdracht vertegenwoordiging

• Individueel
• Lees de tekst helemaal door 
• Tijdens het lezen: onderstreep minimaal 3 woorden die te maken hebben met het kernconcept representativiteit  

• Klaar? Lees de profielschetsen vast door

Profielschetsen

• In tweetallen 
• Lees de profielschetsen door 
• Gebruik paragraaf 6.1 en 6.2 en het internet
• Schrijf een advies aan elke persoon op welke partij hij/zij moet stemmen
• Pas 4 keer het kernconcept representativiteit toe.

Deze persoon zal het best vertegenwoordigd worden door .... Op basis van .... want ....

Aan de slag!

• Opdracht 3: minder politiek, meer buurt.
• Klaar? Nakijken
• Daarna aan de slag met opdracht 4: een dubbele stem voor de kiezer.

Het lesboek gaat vanaf pagina 102 in op de geschiedenis van een aantal partijen. Dit filmpje van de NOS laat een kort overzicht hiervan zien.

De partijen die het boek behandeld zijn:

CDA, PvdA, SP, PvdD, DENK, VVD, D66, PVV, FvD en tot slot nog kort JA21 BBB en BIJ1.

00:00 Intro

01:19 50PLUS

04:24 CDA

07:48 ChristenUnie

11:04 D66

14:25 DENK

17:37 Forum voor Democratie

20:41 GroenLinks

23:36 Partij van de Arbeid

26:47 Partij voor de Dieren

30:08 Partij voor de Vrijheid

33:26 SGP

36:24 SP

39:31 VVD

42:51 Outro