GO landbouwhuisdieren - les 4 Hygiëne en schoonmaken & schaap

Les 2 GO gezelschapsdieren gedrag en het ontstaan van gedrag
Les 4. Huisvesting Landbouwhuisdieren
1 / 26
next
Slide 1: Slide
LandbouwhuisdierenMBOStudiejaar 1

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Les 2 GO gezelschapsdieren gedrag en het ontstaan van gedrag
Les 4. Huisvesting Landbouwhuisdieren

Slide 1 - Slide

Het Fries melkschaap is een makkelijk, handzaam en toegankelijk gebruiksschaap. Vanwege het bijzonder vriendelijke karakter zijn ze ook uitermate geschikt om gehouden te worden op bijvoorbeeld een stads- of zorgboerderij. Als weideschaap wordt het melkschaap ook ingezet voor de begrazing van natuurweides.
Het Fries melkschaap heeft de hoogste melkgift van alle schapenrassen. Tijdens de half jaar durende lactatieperiode produceert het melkschaap zo’n 600 liter melk. 

Uiterlijk
Melkschapen zijn grote, witte schapen met een lange hals, een onbewolde kop en een tot de hak reikende onbewolde staart. Het Fries melkschaap dient helemaal wit te zijn, zonder kleuraftekeningen, en behoort geen hoorns te hebben. Ze hebben een gemiddelde schofthoogte van 75 cm en het gewicht ligt rond de 75 kg.

Slide 2 - Slide

Het zeer sobere en sterke Drents heideschaap wordt met name in Drenthe en omgeving gehouden voor de begrazing van arme, onvruchtbare en ruige heidegronden. De schapen bewegen zich makkelijk in minder toegankelijke natuurgebieden en kunnen lange afstanden afleggen. De wol is erg gewild door zijn ruigheid en de vele kleurvariaties maken elk bol wol en garen uniek. Het vlees is ook van uitstekende kwaliteit.

Drentse heideschapen zijn levendig, attent en nieuwsgierig van aard en hebben een prettig karakter. Daarnaast hebben ze een hoge mate van zelfredzaamheid, maar kunnen ze ook erg vertrouwd reageren op hun bekende verzorger. Hierdoor zijn ze goed geschikt voor kinderboerderijen of op locaties met publieksactiviteiten.

Uiterlijk
Het Drents heideschaap kan gekarakteriseerd worden als een relatief klein schaap met een schofthoogte rond de 60 cm, een veelkleurige, harige vacht en een lange staart. De vacht van het Drents heideschaap is vaak een mengelmoes van grauwwitte tinten, variërend van wit tot zwart aan kop en poten. De rammen dragen altijd schuin naar achteren en naar buiten gerichte, spiralende horens en de ooien zijn hoornloos of dragen stikken of grotere horens.
Herhaling vorige week:
wat weten jullie nog over varkens?

Slide 3 - Slide

This item has no instructions


Wat is 'zoelen'?
A
bronstgedrag van een varken
B
het nemen van een modderbad
C
wroeten van een varken
D
nestelgedrag van een varken

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Aan welke eisen moet verrijkingsmateriaal voor varkens voldoen?

Slide 5 - Open question

Verrijking moet aan de volgende eisen voldoen:
Veilig
Eetbaar
Kauwbaar
Wroetbaar
Afbreekbaar
Vernieuwend
Bereikbaar
Beschikbaar
Schoon
Leerdoelen
Aan het einde van de les weet je:

  • Welke maatregelen mbt hygiëne en schoonmaken belangrijk zijn. 

  • Wat de wetten en regels zijn mbt hygiëne     

  • Hoe duurzaamheid een rol speelt bij de hygiëne en het schoonmaken op een bedrijf met landbouwhuisdieren 


Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Wat is hygiëne voor jou?

Slide 7 - Mind map

This item has no instructions

Hygiëne
 Een verzamelnaam voor alle handelingen die ervoor zorgen dat je zo min mogelijk in aanraking komt met ziekteverwekkers. Hierdoor wordt ziekte door een ziekteverwekker zo veel mogelijk voorkomen. 
Micro-organismen zitten overal: op je handen, op je lichaam, in de WC, in de douche en in de keuken. Voorbeelden van micro-organismen zijn bacteriën, virussen en schimmels. De meeste micro-organismen zijn onschuldig of nuttig. Maar sommige micro-organismen zijn ziekteverwekkers, zoals: het griepvirus, norovirus, salmonella-bacteriën, E. coli-bacteriën en candida (schimmel).

Door het uitvoeren van hygiëne wordt voorkomen dat ziekteverwekkers of parasieten worden verspreid, dat ze kunnen overleven en dat ze iemand besmetten.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Slide 9 - Video

This item has no instructions

Welke zoönosen ken je al?

Slide 10 - Mind map

This item has no instructions

voorbeelden van zoönosen
  • Vogelgriep (pluimvee)​
  • Leptospirose/ ziekte van Weil of melkerskoorts (urine van ratten of runderen)​
  • Ringworm, ringschurft (schimmel, allerlei dieren)​
  • Spoelwormen (allerlei dieren​)
  • Zere bekjes, bekschurft (geiten en schapen)



Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Slide 12 - Link

Kijk het filmpje op deze website over meldingsplichtige  dierziekten (5 minuten)

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Kleding
Rekening houden met de kleding die je draagt​: Praktisch en schoon​
  • Werkplekken met stofjas of overall​

Geen werkkleding? Let dan op het volgende:​
  • Sieraden​
  • Loshangende sjaal​
  • Knopen of franjes​
  • Haren in een staart​

Kleding wassen? Meeste ziekmakers kunnen niet tegen een hoge temperatuur (60 graden)









Slide 14 - Slide

This item has no instructions


  • Handhygiëne: Regelmatig en correct handen wassen.​
  • In elleboog niezen en hoesten​
  • Korte schone nagels houden!​
  • Bij zoönosen: handschoenen​
(ook bij onbekende ziekte)




Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Video

This item has no instructions

Schoonmaken
Naslagwerk Werken in de dierverzorging: lees pagina 124 t/m 131

Maak nu een stappenplan voor het schoonmaken en desinfecteren van een verblijf waar schapen in gaan aflammeren.
Je kunt als voorbeeld op pagina 142 kijken en de Factcard "reinigen van dierenverblijven" op Animalis gebruiken

Klaar? Vergelijk met je buur.

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Stappen reinigen
Haal het dier uit het verblijf​

Haal inrichtingselementen er uit ​
Verwijder bodembedekking en ander vuil (Let op de hoeken!)​
Voorspoelen met (warm) water ​
Maak een reinigingsoplossing en reinig hier het verblijf mee​
Spoel na met water​
Verwijder overtollig water​
Laat het verblijf goed drogen​
Maak de inrichtingselementen schoon ​
Nieuwe bodembedekking​
Het dier kan terug in het verblijf









Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Desinfecteren
Nadat je alles hebt gereinigd, ga je desinfecteren- ontsmetten-​


De meeste ziekteverwekkers dood je met een desinfectiemiddel ook wel desinfectantia​
Niet alle soorten parasieten en MO zijn even gevoelig voor desinfectiemiddelen



Slide 20 - Slide

This item has no instructions

reinigen / desinfecteren
Regelmatig reinigen en desinfecteren voorkomt infecties en besmettingen van nieuwe dieren.​

Reinigen​: Verwijderen van zichtbaar vuil​

Desinfecteren​ / Ontsmetten: doden van MO’s en parasieten.​

? Wanneer moeten we een verblijf ontsmetten?



Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Duurzame veehouderij -> kringloop veehouderij
Twee weken geleden hebben we deze definitie voor kringlooplandbouw gelezen:
Een redelijke oogst/ opbrengst van het bedrijf verkrijgen zonder dat je daarbij het milieu (bodem, lucht, water) vervuilt, geen natuurlijke hulpbronnen uitput en het ecosysteem en de biodiversiteit niet verstoort met je activiteiten. 
Daarbij is het opbouwen van een gezonde bodem, hergebruik, minimaliseren van afvalstromen en rationeel gebruik van waterbronnen van belang. 

Opdracht: Pak jullie zojuist gemaakte stappenplan er nog eens bij. Hoe kun je er voor zorgen dat je het milieu zo weinig mogelijk vervuilt en niet te veel water gebruikt? Vul je stappenplan aan met deze aandachtspunten.

Slide 22 - Slide

Bron: wikifarmer en rijksoverheid.nl


Animalis
Thema: Landbouwhuisdieren
Module: schapen
  • Les: Huisvesting

15 minuten

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen: Je weet nu....
  • Welke maatregelen mbt hygiëne en schoonmaken belangrijk zijn.


  • Wat de wetten en regels zijn mbt hygiëne

  • Hoe duurzaamheid een rol speelt bij de hygiëne en het schoonmaken op een bedrijf met landbouwhuisdieren 



Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Wat is je het meest bijgebleven van deze les?

Slide 25 - Open question

This item has no instructions

Waar wil je nog meer over leren?

Slide 26 - Open question

This item has no instructions