1.5 Steden in Zuid-Amerika en 3.1 interne relaties

1.5 Steden & 3.1 Interne relaties
1 / 24
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

1.5 Steden & 3.1 Interne relaties

Slide 1 - Slide

Vandaag
Terugblik H1

Uitleg H3§1 en 2 

Slide 2 - Slide

Verstedelijking Zuid-Amerika

Slide 3 - Slide

Kenmerken verstedelijking Zuid-Amerika
  • Primatecity: grote stad met overheersende economische en politieke rol
  • Urbanisatiegraad hoog: veel mensen wonen in steden

Slide 4 - Slide

Bevolking: verstedelijking
Zuid-Amerika is het meest verstedelijkte continent ter wereld
.
Snelle verstedelijking na 1950 door:
  • Uitstoot landbouw op platteland
  • Opkomst industrie in steden


De gevolgen voor de spreiding van de bevolking waren / zijn:
  • het (te) snel ontstaan van megasteden (met favela’s)
  • snelle groei kleinere steden
  • toename bevolkingsdichtheid in kustzone, na 1980 vlakt dit af

Slide 5 - Slide

Arm in Rio: Rocinha

 Door de nieuwkomers uit het arme
     noordoosten ontstaan favela's
     → zelfbouwwijken

● Op gevaarlijke of moeilijk 
   bereikbare plekken.


● Werkloos, of werkzaam in rijke
   delen van de stad of in de 
   informele sector → geen
   officiële baan.
  Voorbeelden: schoenpoetser,
  straatverkoper.


Slide 6 - Slide

Favela (Sao Paulo)
gated community

Slide 7 - Slide

Noteer een oorzaak-gevolg relatie die het proces van verstedelijking in Zuid-Amerika beschrijft.

Slide 8 - Open question

Waarom zijn favela's en gated communities een voorbeeld van sociale en ruimtelijk segregatie?

Slide 9 - Open question

Voor 1980
Na 1980
Importsubstitutie
Protectionisme
Ontwikkeling naar binnen
Dictatuur
Federalisme
Vrijhandel
Bevolkings-participatie

Slide 10 - Drag question

Beschrijf het verband tussen importsubstitutie en protectionisme

Slide 11 - Open question

Hogere prijzen en lagere kwaliteit zijn nadelen van importsubstitutie. Waarom?
A
Het zijn geen nadelen.
B
Te weinig overheidssubsidies.
C
Gebrek aan concurrentie.
D
Door schaalvergroting.

Slide 12 - Quiz

Kapitaalintensief
Arbeidsintensief
Latifundia
Minifundia
Foodcrop
Cashcrop
Zelfvoorzienend
Export

Slide 13 - Drag question

H3: Zuid-Amerika, een wereldspeler?
H1 > relaties tussen de ligging, natuurlijke kenmerken en ingerichte landschap van Zuid-Amerika 

H3> relaties tussen landen en regio's
§1: relaties binnen Zuid-Amerika (continentaal schaalniveau)
§2: relaties tussen Zuid-Amerika en de wereld (mondiaal schaalniveau) 


Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Slide 16 - Slide

Op welke locatie hoort welk samenwerkingsverband?
NATO
NAFTA
EU
MERCOSUR
ASEAN
UNASUR

Slide 17 - Drag question

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Video

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Focus op de transportinfrastructuur

De UNASUR is zichtbaar en actief in de transportinfrastructuur, gericht op verbinding van economische kerngebieden

Slide 23 - Slide

In duo's: maak vraag 5C van 3.1 voor alle schaalniveaus

Slide 24 - Open question