Taal actief T1 W1 L5

Wat is een ww, bn en zn?
(werkwoord, bijvoeglijk naamwoord en zelfstandig naamwoord)
1 / 12
next
Slide 1: Slide
TaalBasisschoolGroep 5

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Wat is een ww, bn en zn?
(werkwoord, bijvoeglijk naamwoord en zelfstandig naamwoord)

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Welk werkwoord, zelfstandig naamwoord of bijvoeglijk naamwoord zag je op het plaatje?

Slide 3 - Open question

Themawoorden
Afspraken die gelden in het verkeer
Iets wat niet mag
Iets wat moet
Een andere kant opgaan
De plaats waar een weg zich in tweeën deelt
De plaats waar twee wegen bij elkaar komen
Een rond plein waarop een aantal wegen uitkomt
De verkeersregels
Het verbod
Het gebod
Van richting veranderen
De splitsing
De rotonde
De kruising

Slide 4 - Drag question

Die krijg je van de politie als je je niet aan de regels houdt. Je moet dan als straf betalen.
Doordat
Als een auto of een fiets kapot is door een aanrijding.
De plaats waar je binnenkomt.
Vanaf nu
De bekeuring
De toegang
Wegens
in het vervolg
in de prak

Slide 5 - Drag question

Gebod of verbod?
Beantwoord de volgende vragen

Slide 6 - Slide

Als er een zebrapad in de buurt is, moet je daar oversteken.
A
Gebod
B
Verbod

Slide 7 - Quiz

Je mag niet op de stoep fietsen.
A
Gebod
B
Verbod

Slide 8 - Quiz

Je moet rechts rijden.
A
Gebod
B
Verbod

Slide 9 - Quiz

Taak 5 - Opdracht 5

Slide 10 - Slide

Taak 5- Opdracht 7

Slide 11 - Slide

Klaar? 
Doe dan bovenstaande opdracht

Slide 12 - Slide