K2 SS7 SO1 & NUMO, SO bespreken & Writing

• Engels
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

Welcome ZK2A

STARTKLAAR? Ga op je plek zitten - Doe je jas uit - Telefoon in het Zakkie 

• Oortjes uit  - Boek en etui op tafel - Tas op de grond

PTO 2 - Week 4 - les 1

Today's mission:

• SO
• PO: Speaking (vlog)
• NUMO Engels

SO1 - PTO2

• Log in bij Magister
• Ga naar de ELO
• Ga naar 'bronnen'
• Ga naar 'kennisnet'
• Klik op RTTI
• Klik op 'open testfox'

Klaar met het SO?

Werk verder in Numo Engels

PO: VLOG

- info op Teams

- inleveren op vrijdag 12 januari 2024

- voorbeeld?

blooket

vocabulary A, B, C & D

Homework

No homework!

PTO 2 - Week 4 - les 2

Today's mission:

• SO bespreken
• Writing

SO1 - PTO2: bespreken

• Eerst SO bespreken
• Dan SO bekijken in Testfox

PAST Simple: writing

Je gaat zo in het Engels een gewone zin schrijven. Let goed op de voorwaarden:

1. Gebruik minstens 5 woorden.

2. Gebruik de Past Simple.

3. Geef aan wanneer het was (last year, yesterday, two days ago)

4. Gebruik hoofdletters en punten.

1. Gebruik minstens 5 woorden.
2. Gebruik de Past Simple.
3. Geef aan wanneer het was (last year, yesterday, two days ago)
4. Gebruik hoofdletters en punten.

PAST Simple: writing

Je gaat zo in het Engels een ontkennende zin

schrijven. Let goed op de voorwaarden

1. Gebruik minstens 5 woorden.

2. Gebruik de Past Simple voor een ontkennende zin.

3. Geef aan wanneer het was (last year, yesterday, two days ago).

4. Gebruik hoofdletters en punten.

1. Gebruik minstens 5 woorden.
2. Gebruik de Past Simple voor een vraagzin.
3. Geef aan wanneer het was (last year, yesterday, two days ago).
4. Gebruik hoofdletters en punten.

PAST Simple: writing

Je gaat zo in het Engels een vraagzin schrijven. Let goed op de voorwaarden:

1. Gebruik minstens 5 woorden.

2. Gebruik de Past Simple voor een vraagzin.

3. Geef aan wanneer het was (last year, yesterday, two days ago).

4. Gebruik hoofdletters en punten.

1. Gebruik minstens 5 woorden.
2. Gebruik de Past Simple voor een ontkennende zin.
3. Geef aan wanneer het was (last year, yesterday, two days ago).
4. Gebruik hoofdletters en punten.

Homework

No homework!