LJ2 D'accord chapitre 8

Sleep de Nederlandse woorden naar de Franse
l'autre bout de
Il manque
atterir
un mineur
accès libre
de andere kant van
er ontbreekt
landen
een minderjarige
vrije toegang
1 / 35
next
Slide 1: Drag question
FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Sleep de Nederlandse woorden naar de Franse
l'autre bout de
Il manque
atterir
un mineur
accès libre
de andere kant van
er ontbreekt
landen
een minderjarige
vrije toegang

Slide 1 - Drag question

PRÉSENT
Werkwoorden op -er
Werkwoorden op -ir
Werkwoorden op -re
Uitgangen:
-e, -es, -e, -ons, -ez, -ent
Uitgangen:
-s, -s, ..., -ons, -ez, -ent
Uitgangen: 
-is, -is, -it, -issons, -issez, -issent

Slide 2 - Drag question

de richting
A
le direction
B
la direction

Slide 3 - Quiz

de kosten
A
le coût
B
les coûts

Slide 4 - Quiz

de voorstelling
A
le show
B
le spectacle
C
le théatre

Slide 5 - Quiz

samen
A
ensemble
B
imprimer
C
espérer
D
étonné

Slide 6 - Quiz

Welke uitgangen horen bij welke groep werkwoorden?
-ER
-IR
-RE
-ER
-IR
-RE
-e
-es
-e
-ons
-ez
-ent
-is
-is
-it
-issons
-issez
-issent
-s
-s
- -
-ons
-ez
-ent

Slide 7 - Drag question

de vuilnisbak

Slide 8 - Open question

de boom

Slide 9 - Open question

wisselen

Slide 10 - Open question

duiken

Slide 11 - Open question

Parler

Perdre
Choisir
Je
Tu
Il/elle/on
Nous
Vous
Ils/elles
Zet de uitgangen op de juiste plek
-it
-issent
-e
-ons
-ent
-s
-ez
-es

Slide 12 - Drag question

Tekst
Sleep het plaatje naar de tekst
il fait beau
il pleut
il fait froid
il fait du vent
il fait du brouillard
Le ciel est couvert

Slide 13 - Drag question

Regelmatige werkwoorden op -er
Regelmatige werkwoorden op -ir
Regelmatige werkwoorden op -re
Vendre
Finir
Aimer
Choisir
Attendre
Regarder

Slide 14 - Drag question

Hoe zeg je:
Pardon / sorry?

Slide 15 - Open question

Hoe zeg je:
Ik begrijp het niet.

Slide 16 - Open question

Hoe zeg je:
Niet zo vlug, alstublieft.

Slide 17 - Open question

Uitgangen werkwoorden op -er
il/elle/on
nous
vous
ils/elles
tu
je
- ons
-ent
- e
-ez
-es

Slide 18 - Drag question

Kladblaadje werkwoorden ER
parler = praten
travailler = werken
danser = dansen
couper = knippen
écouter = lusiteren

Slide 19 - Slide

Hoe zeg je:
wij praten

Slide 20 - Open question

Hoe zeg je:
u werkt

Slide 21 - Open question

hoe zeg je:
de kapper (le coiffeur) knipt

Slide 22 - Open question

hoe zeg je:
de leerlingen (les élèves) luisteren

Slide 23 - Open question

Kladblaadje werkwoorden RE
vendre = verkopen
rendre = teruggeven
descendre = uitstappen
perdre = verliezen
entendre = horen

Slide 24 - Slide

Hoe zeg je:
ik verkoop

Slide 25 - Open question

Hoe zeg je:
wij stappen uit

Slide 26 - Open question

hoe zeg je:
u hoort

Slide 27 - Open question

hoe zeg je:
het team (l'équipe) verliest

Slide 28 - Open question

Welke uitgangen horen bij welke groep werkwoorden?
-ER
-IR
timer
1:00
-ER
-IR
-e
-es
-e
-ons
-ez
-ent
-is
-is
-it
-issons
-issez
-issent

Slide 29 - Drag question

Kladblaadje werkwoorden IR
grandir = groeien
rougir = blozen
réussir = slagen
choisir = kiezen

Slide 30 - Slide

Hoe zeg je:
hij kiest

Slide 31 - Open question

hoe zeg je:
wij slagen

Slide 32 - Open question

hoe zeg je:
de meisjes (les filles) blozen

Slide 33 - Open question

Hoe zeg je:
de hond (le chien) groeit

Slide 34 - Open question

Je
Ils/elles
Vous
Nous
Il/elle/on
Tu
Verbes en        -er          -ir           -re
Wat zijn de uitgangen in de présent?
-e
-it
-ent
-ons
-s
-issons
-s
-is
-ons
-issent
-is
-es
-
-ez
-ent
-ez
-issez
-e

Slide 35 - Drag question