This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slide.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
gehoorschade
Slide 1 - Mind map
Slide 2 - Slide
1a: Hoeveel dB is het geluid van een drilboor?
A
140
B
90
C
95
D
120
Slide 3 - Quiz
Welk geluid is net zo hard?
A
Kettingzaag
B
Een vaatwasser
C
Drukke kroeg
D
Muziek op je koptelefoon
Slide 4 - Quiz
2. Welke twee geluiden zijn allebei 120 dB?
Slide 5 - Open question
3. Welk geluid is harder: van een drilboor of een kettingzaag?
Slide 6 - Open question
4. Wat is minder slecht voor je oren: muziek op je koptelefoon luisteren of luisteren naar een voorbijrazende trein?
Slide 7 - Open question
5. Zet in de goede volgorde van hard naar zacht. Zet de geluiden in de goede volgorde. a. vaatwasser b. drukke kroeg c. wind door de bomen d. brandweer met sirene aan e. popconcert f. lawaai op het schoolplein g. vuurwerk h. discotheek
Slide 8 - Open question
1. In de inleiding staat dat een werkgroep het advies geeft dat muziek zachter moet op verschillende plaatsen. Waarom vinden zij dat?
Slide 9 - Open question
2. In regel 17 staat het woord rumoerig. Wat betekent dit woord?
Slide 10 - Open question
3. In regel 20-21 staat: Grote boosdoener is het luisteren naar harde muziek. Wat betekent de boosdoener?
A
De oorzaak van iets slechts
B
een gevaarlijke gebeurtenis
C
Het gevolg van iets slechts
Slide 11 - Quiz
6. Stel je voor dat je bij een concert bent. De muziek staat heel hard. Welke maatregel zou jij nemen zodat je oren niet beschadigen? Waarom die maatregel?