👉 Om te bewegen – Als je rent, fietst of springt, gebruikt je lichaam energie.
👉 Om dingen aan te zetten – Lampen, telefoons, computers en auto's hebben energie nodig om te werken.
👉 Om warm te blijven – We gebruiken energie om huizen te verwarmen en om eten te koken.
👉 Om dingen te maken – Fabrieken gebruiken energie om spullen te maken, zoals kleding of speelgoed.