6.1 online BASIS

1 / 48
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

This lesson contains 48 slides, with interactive quizzes, text slides and 9 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Uitleg paragraaf 6.1


In de volgende dia`s krijg je uitleg filmpjes en oefeningen over paragraaf 6.1.

Slide 2 - Slide

WAARDE CIJFERS
cijfers en getallen

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Wat is de waarde van 5 in het getal:
4567,98
A
5
B
50
C
500
D
5000

Slide 5 - Quiz

Wat is de waarde van 9 in het getal:
4567,98
A
90
B
9
C
0,9
D
0,09

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Video

Bereken zonder rekenmachine:
14,24 x 100 =
A
14,24
B
142,4
C
1424
D
1424,0

Slide 8 - Quiz

Bereken zonder rekenmachine:
10,03 x 10 =
A
100,3
B
103,0
C
130,3
D
133,3

Slide 9 - Quiz

Bereken zonder rekenmachine:
155,6 : 100 =
A
15,56
B
1,5
C
1,556
D
15560

Slide 10 - Quiz

Grote getallen

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

1,25 duizend
hoe schrijf je dat?
A
12500
B
1250
C
125
D
125000

Slide 13 - Quiz

schrijft in getallen
9,3 miljard
A
930.000.000
B
9.300.000.000
C
93.000.000.000
D
930.000.000.000

Slide 14 - Quiz

schrijft met alleen cijfers:
34 miljoen
A
34.000.000
B
3400000
C
34.000.000.000
D
340000

Slide 15 - Quiz

Delers en Veelvouden

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

Delers
Veelvouden

Slide 18 - Slide

Wat zijn de delers van 10
A
1 , 5 en 10
B
2, 4, 5 en 10
C
1, 2 , 3 en 5
D
1, 2, 5 en 10

Slide 19 - Quiz

Noem de eerste 6 veelvouden van 8
A
0,8,16,32,40,48
B
8,16,32,40,48,56
C
0,8,16,24,32,40
D
8,16,24,32,40,48

Slide 20 - Quiz

Slide 21 - Slide

Schrijf alle even getallen op tussen:
13 en 27

Slide 22 - Open question

Schrijf alle oneven getallen op tussen:
17 en 33

Slide 23 - Open question

MACHTEN

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Video

10³ =
A
10 x 3 = 30
B
10 + 3 = 13
C
10 x 10 x 10 = 1000
D
10 x 10 = 100

Slide 26 - Quiz

3³ =
A
3 x 3 = 9
B
3 + 3 = 6
C
3 x 3 x 3 = 27
D
3 - 3 = 0

Slide 27 - Quiz

Rekenmachine:
0,5³ =

Slide 28 - Open question

Slide 29 - Video

Schrijf op in je schrift: 
Rekenvolgorde: 

1. Wat tussen (haakjes) staat. 
2. Machten en wortels van links naar rechts. 
3. Keer en delen van links naar rechts. 
4. Plus en min van links naar rechts. 

Slide 30 - Slide

Goed opschrijven...
De manier van opschrijven (met tussenstappen) is heel belangrijk bij rekenvolgorde. 
Je krijgt bij een toets namelijk 1 punt voor het antwoord maar ook 1 punt voor de manier van opschrijven. 

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Video

(3² - 4) x 40 =

Slide 33 - Open question


6+2×100=

Slide 34 - Open question

Tegengestelde

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Video

Wat is het tegengestelde getal van:
-10
A
1
B
0
C
11
D
10

Slide 37 - Quiz

Wat is het tegengestelde getal van:
320
A
32
B
3
C
2
D
-320

Slide 38 - Quiz

product, quotient, som en verschil

Slide 39 - Slide

Slide 40 - Video

Bewerkingen: product

Slide 41 - Slide

Bewerkingen: quotiënt 

Slide 42 - Slide

Bewerkingen: som 

Slide 43 - Slide

Bewerkingen: verschil

Slide 44 - Slide

wat is het product van 6 en 2
A
12
B
2
C
3
D
8

Slide 45 - Quiz

wat is de som van 12 en 3
A
4
B
15
C
36
D
9

Slide 46 - Quiz

wat is het quotiënt van 50 en 10
A
40
B
60
C
500
D
5

Slide 47 - Quiz

wat is het verschil van 16 en 2
A
32
B
18
C
14
D
8

Slide 48 - Quiz