bk NN cursus 5 zinsontleding PV, WG, OW en samengestelde zin

Cursus 5 Nieuw Nederlands ZD
Je kunt deze zinsdelen herkennen:
pv, ow, wg
Je kunt een samengestelde zin herkennen.
1 / 31
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolPraktijkonderwijsvmbo bLeerjaar 1-4

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Cursus 5 Nieuw Nederlands ZD
Je kunt deze zinsdelen herkennen:
pv, ow, wg
Je kunt een samengestelde zin herkennen.

Slide 1 - Slide

2. Hoe vind je de pv's?
A
Maak de zin vragend.
B
Maak de zin vragend of verander de tijd.
C
Door alle werkwoorden uit de zin op te schrijven.
D
De PV is het woord dat vooraan staat.

Slide 2 - Quiz

De persoonsvorm is altijd een werkwoord.
A
waar
B
niet waar
C
soms
D
misschien

Slide 3 - Quiz

PV?
Mijn opa leest de krant.

A
opa
B
mijn
C
leest
D
de krant

Slide 4 - Quiz

PV?

Vandaag beginnen we met wiskunde.

A
beginnen
B
wiskunde
C
met
D
we

Slide 5 - Quiz

PV?
We gaan de zinnen nu controleren omdat het tijd is.
A
gaan
B
controleren
C
is
D
gaan, is

Slide 6 - Quiz

PV?
Als je niet goed hebt opgelet, zul je sneller een slecht cijfer halen.
A
opgelet
B
halen
C
hebt, zul
D
hebt, opgelet

Slide 7 - Quiz

PV?
Hij is te laat omdat hij de trein heeft gemist.
A
is, heeft
B
gemist
C
is
D
heeft gemist

Slide 8 - Quiz

Uitleg werkwoordelijk gezegde

Het werkwoordelijk gezegde betekent alle werkwoorden in de zin.

Hier hoort de persoonsvorm altijd bij.


Dus wg: pv + alle andere werkwoorden.

Slide 9 - Slide

De persoonsvorm hoort altijd bij het werkwoordelijk gezegde.
A
goed
B
fout

Slide 10 - Quiz

Wat is het werkwoordelijk gezegde in deze zin?
Gisteren heeft mijn moeder mij geholpen met mijn huiswerk.
A
heeft
B
gisteren
C
mijn moeder
D
heeft geholpen

Slide 11 - Quiz

Wat is het werkwoordelijk gezegde in deze zin?
Heb jij nog een slaapplaats kunnen regelen?
A
heb
B
een slaapplaats
C
heb kunnen
D
heb kunnen regelen

Slide 12 - Quiz

Wat is het werkwoordelijk gezegde in deze zin?
Ines heeft gisteren een meisje gered.
A
heeft
B
heeft gered
C
gisteren
D
Ines

Slide 13 - Quiz

Wat is het werkwoordelijk gezegde in deze zin?
Dit weekend willen Susan en haar zus lekker dansen.
A
Susan
B
willen
C
willen dansen
D
dansen

Slide 14 - Quiz

Wat is het werkwoordelijk gezegde in deze zin?
Eerst moet u de kip aanbraden.
A
eerst
B
moet
C
moet aanbraden
D
aanbraden

Slide 15 - Quiz

Onderwerp
Stap 1: Zoek de persoonsvorm
Stap 2: Verdeel de zin in zinsdelen
Stap 3: Zoek het onderwerp

Slide 16 - Slide

Hoe vind je het ONDERWERP in een zin?
A
maak de zin vragend
B
wie of wat + PV
C
wie of wat + wwg
D
pv + wwg

Slide 17 - Quiz

Het onderwerp in de zin kan ik vinden door de vraag te stellen
"Wie of wat doet het?"
A
waar
B
niet waar

Slide 18 - Quiz

Wat is het onderwerp van deze zin:
Gisteren heeft mijn moeder mij geholpen met mijn huiswerk.

Slide 19 - Open question

Wat is het onderwerp van deze zin:
Niels zit elke avond op zijn telefoon.

Slide 20 - Open question

Samengestelde zin
1. Zoek het voegwoord.
2. Verbindt het twee woorden of twee zinnen?
3. Als het twee zinnen verbindt, dan heb je een samengestelde zin.

Slide 21 - Slide

Samengesteld?

Hij neemt graag een koffie of thee.
A
ja
B
nee

Slide 22 - Quiz

Samengesteld?

Hij neemt graag een koffie of thee want dat vindt hij lekker.
A
ja
B
nee

Slide 23 - Quiz

Samengesteld?
Hij weet nog niet of hij nu naar Berlijn of Barcelona zal gaan.
A
ja
B
nee

Slide 24 - Quiz

Ow?
Heb jij nog een slaapplaats kunnen regelen of heeft Jan dat gedaan?

Slide 25 - Open question

OW?
Niels en Marjan zitten elke avond op zijn telefoon, tot het donker wordt.

Slide 26 - Open question

OW:
Ik heb van Julia gehoord dat je jarig bent.

Slide 27 - Open question

Wat is het onderwerp van deze zin:
Ines heeft gisteren een meisje gered dat bijna verdronk.

Slide 28 - Open question

Wat is het onderwerp van deze zin:
Dit weekend willen Susan en haar zus lekker dansen.

Slide 29 - Open question

Wat is het onderwerp van deze zin:
Eerst moet u de kip aanbraden.

Slide 30 - Open question

Ik kan deze les ...
😒🙁😐🙂😃

Slide 31 - Poll