Gezondheid en ziekte 3

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

Gezondheid en ziekte

Planning 

Instructie

Toets ademhaling & bloedsomloop

Klaar??? werkdoelen week 4 

Aan het einde van de les...

Je beschrijft wat genotmiddelen zijn.

Je beschrijft wat een verslaving is.

Je beschrijft drugs en effecten van drugs.

Je legt de gevolgen van roken uit.

Je legt uit wat er gebeurt als je alcohol drinkt.

Herhaling

Witte bloedcellen

Antigenen

Antistoffen

Ontstekingen

Immuniteit 

Genotmiddelen

 Doen iets met je gevoel.

- wakker

- losser

-verdoofd

De bekendste genotmiddelen zijn alcohol

 tabak (nicotine)

 koffie en thee (caffeïne)

Drugs 

Soorten drugs

Bewustzijnsveranderende middelen= invloed op hoe je de wereld waarneemt (Paddo’s, ketamine en LSD)

Verdovende middelen= ontspannend en kalmerend (alcohol, GHB en heroïne)

Stimulerende middelen= zorgen voor energie en alertheid (drugs cocaïne, XTC en speed)Met drugs op wordt je high

Verschil softdrugs en harddrugs 

Alcohol

In ieder glas zit evenveel alcohol, hoe zit dat?

Effecten:

Aangeschoten: je bent losser en vrolijker

Dronken: emoties en spieren niet meer onder controle, slechter geheugen en je kan misselijk worden

Kater: uitdroging, hierdoor ontstaat hoofdpijn

 Geestelijke afhankelijkheid:

• Als je niet gebruikt, blijf je wel er constant aan denken.
  
• Bij een tijdje niet gebruiken verandert je stemming: je wordt chagrijnig.
  
• Het gebruiken helpt je om je problemen te vergeten.
  
• Het gebruiken geeft je een gevoel van controle.

 Lichamelijke afhankelijkheid: 

• Heeft jouw lichaam een middel nodig. 
• Als je niet gebruikt, krijg je ontwenningsverschijnselen of afkickverschijnselen:
  
• Je zweet.
  
• Je slaapt slecht.
  
• Je bent angstig of gespannen.
  
• Je handen trillen.

Sigaretten bevatten vergif

Nicotine:  zeer verslavend effect en vernauwt de bloedvaten.

Teer: Een zwarte stroperige stof die een laagje achterlaat in je luchtwegen en longblaasjes.

 Hierdoor werken de trilhaartjes en de longblaasjes niet meer goed.

Koolstofmonoxide: Een gasvormige stof die bij het verbranden vrijkomt en zorgt voor minder zuurstof in je bloed. 

Van roken word je ziek

Op korte termijn :

Een stinkende adem

Gele tanden

Gele vingers

Een droge huid

Koude handen

Een slechtere conditie

Een slechtere weerstand

Hoesten

Op langere termijn : 

Verminderde vruchtbaarheid

Schade aan bloedvaten

COPD: Een aandoening die ervoor zorgt dat je slecht kunt ademhalen

Verschillende vormen van kanker

Tongkanker

Keelkanker

Longkanker

Aan de slag!

Eerst de toets A &B

Klaar? Stil werken aan Werkdoelen week 4