Paragraaf 3 Eenmaal, andermaal, verkocht!

• Economie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

programma

herhaling paragraaf 2

huiswerk paragraaf 2

uitleg en maken paragraaf 3

Omzet=...
Afzet=...

1. Omzet=aantal stuks Afzet=aantal x de prijs
2. Omzet=aantal stuks x de prijs Afzet = aantal stuks

Zijn onderstaande kosten variabele kosten of vaste kosten?

huur gebouw

1. variabele kosten
2. vaste kosten

Om uiteindelijk toch een flinke winst te maken, is het nodig dat Action een grote afzet heeft. Wat wordt er bedoeld met afzet?

1. Het aantal producten dat ingekocht wordt
2. het aantal producten dat verkocht wordt
3. het aantal verkochte producten x de kostprijs
4. het aantal verkochte producten x de verkoopprijs

Een ondernemer heeft 800 euro aan vaste kosten. De variabele kosten bedragen 5 euro per stuk. Hij produceert 20 stuks. Wat is de kostprijs per product?

1. 5 euro
2. 900 euro
3. 100 euro
4. 45 euro

Hoe komt het dat de kostprijs van
een product daalt, als de totale productie toeneemt?

1. omdat de variabele kosten verdeeld worden over meer producten
2. omdat de vaste kosten verdeeld worden over meer producten
3. omdat de arbeidsproductiviteit dan ook toeneemt
4. omdat de productiecapaciteit dan ook toeneemt

Tot de vaste kosten van een bakkerij rekenen we...

1. de huur van het bedrijfspand.
2. de grondstofkosten.
3. de loonkosten.
4. geen van de voorbeelden.

huiswerk paragraaf 2

Havo: opgaven 1 t/m 12 (vanaf blz 49)

VWO opgaven 1 t/m 10 ( vanaf blz 45)

Is dit gelukt ?

 paragraaf 3, leerdoelen

wat is concrete en abstracte markt

wat is evenwichtsprijs/hoeveelheid

Verschillende markten

Concrete markt: markt die je kunt bezoeken (bv weekmarkt)

     

Abstracte markt: Een abstracte markt is het geheel van vraag en aanbod naar bepaalde goederen. (bv woningmarkt)

welke markt zag je?

abstract of concreet?

abstracte markt

concrete markt

• Evenwichtsprijs
• -> De prijs waarbij vraag en aanbod aan elkaar gelijk zijn

• Evenwichtshoeveelheid
  
• -> Het aantal producten dat gevraagd en aangeboden wordt bij de evenwichtsprijs

Wat gaan we doen ?

Korte terugblik vorige les.

Huiswerk gelukt ? Havo 1 t/m 7 en VWO  1 t/m 6

Verder met paragraaf 3 (uitleg)

Aan de slag opgaven 8 t/m 13 ( havo)

Overschot

Vraagoverschot

De vraag is groter dan het aanbod

De prijs gaat stijgen

Aanbodoverschot

Het aanbod is groter dan de vraag

De prijs gaat dalen

Marktmechanisme

Bij een  te hoge prijs raken de aanbieders hun producten niet kwijt(aanbodoverschot) en zijn bereid om hun producten tegen een lagere prijs te verkopen. De prijs daalt totdat evenwichtsprijs is bereikt. 

Bij een te lage prijs wordt er te weinig aangeboden ( vraagoverschot) . De vragers gaan tegen elkaar opbieden prijs zal hier stijgen en wordt meer aangeboden tot de evenwichtshoeveelheid.

Aan de slag

paragraaf 3) 8 t/m 13 ( Havo)

                        7 t/m 12 (VWO)