les 9; vloeibare toedieningsvormen (2)

Herkansing PZT P1
De herkansing productzorg theorie vindt plaats op 4 december om 15:30-16:30 uur in lokaal 1.010 (zie rooster)
1 / 22
next
Slide 1: Slide
productzorg theorieMBOStudiejaar 1

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Herkansing PZT P1
De herkansing productzorg theorie vindt plaats op 4 december om 15:30-16:30 uur in lokaal 1.010 (zie rooster)

Slide 1 - Slide

vloeibare toedieningsvorm les 2

Slide 2 - Slide

les indeling
13:15- 13:20  presentie
13:20- 13:30 Wat weten we nog uit de vorige les?
13:30- 13:50 vragen
13:50- 14:10 Theorie
14:10- 14:15 leerdoelen herhalen 

Slide 3 - Slide

leerdoelen vorige les 
Je kunt het onderscheid maken tussen vloeibare bereidingen voor lokaal (uitwendig) gebruik en voor systemisch /inwendig gebruik.
Je kunt aan de hand van de preparaatnaam aangeven of een vloeibare bereiding uit één of meer fasen bestaat.
Je kunt vier voordelen van een vloeibare bereiding benoemen.
Je vijf nadelen van een vloeibare bereiding benoemen.
je kunt de hulpstoffen die in een vloeibare bereiding wordt gebruikt benoemen.
je kunt de fuctie van de hulpstoffen die in een vloeibare bereiding wordt gebruikt benoemen.
je kunt het verschil tussen kraan water en gezuiverd water uitleggen.

Slide 4 - Slide

leerdoelen
  • Je kunt een methode beschrijven hoe water wordt gezuiverd.
  • Je kunt uitleggen wat water van goede microbiologische kwaliteit is en hoe je dit kan bereiken. 
  • Je kunt aangeven welke soorten en sterktes alcohol in de apotheek worden gebruikt

Slide 5 - Slide

vloeistoffen

Slide 6 - Mind map

noem drie voordelen van een vloeibare toedieningsvorm

Slide 7 - Open question

noem drie nadelen van een vloeibare bereiding

Slide 8 - Open question

wat is de functie van solutio sorbitol in een vloeibare toediengsvorm?
A
conserveermiddel
B
smaak
C
basisvloeistof
D
werkzame stof?

Slide 9 - Quiz

wat is de functie van solutio methylparabeen 150mg/ml
A
smaakstof
B
werkzamestof/ geneesmiddel
C
conserveermiddel
D
basisvloeistof

Slide 10 - Quiz

samenstelling
  • basis vloeistof
  • werkzame stof(fen)
  • hulpstoffen

Slide 11 - Slide

werkzame stoffen
FNA voorschriften dragen altijd de naam van de werkzame stof. Daarnaast staan de werkzame stoffen altijd bovenaan het voorschrift. 

Slide 12 - Slide

hulpstoffen
  • smaakstoffen
  • conserveermiddelen
  • verdikkingsmiddelen/ viscositeit verhogende stoffen


Slide 13 - Slide

smaakstoffen (blz 66)
stropen= sirupus
stropen bestaan voor 63% uit suiker 
voorbeelden:
sirupus simplex= suiker stroop
sirupes thymi= thym stroop

Slide 14 - Slide

smaakstoffen
Wanneer het gebruik van suiker niet wenselijk is wordt solutio sorbitol 70% soms ter vervanging gebruikt. 
  • sorbitol 70 per centum cristallisabile (de kristaliseerbare sorbitoloplossing 70%) deze vorm is zuiverder en wordt daarom het meest in de apotheek gebruikt !
  • sorbitol 70 per centum non cristallisable (de niet- kristalliseerbare oplossing 70%)

Slide 15 - Slide

Alcohol voor inwedig gebruik
Alcohol 70%
Alcohol 90%
Alcohol 96%

Slide 16 - Slide

Alcohol voor uitwendig gebruik
Alcohol ketonatus (geketoneerde alcohol) 70%
Alcohol ketonatus (geketoneerde alcohol) 90%
Alcohol ketonatus (geketoneerde alcohol) 96%

Slide 17 - Slide

water van goede microbiologische kwaliteit
  • goed doorstromend water
  • gezuiverd water dat voor gebruikt gekookt of gefiltreerd is door een membraamfilter van 0,2 of 0,45 mm
  • vers gedestileerd water
let op: water van goede microbiologische kwaliteit is geen steriel water!!

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Video

Je kunt een methode beschrijven hoe water wordt gezuiverd.
gezuiverd water= aqua purificata (water zonder mineralen)
Gezuiverd water wordt o.a bereid door destillatie of demineralisatie

Slide 20 - Slide

maken theorie opdracht 3

Slide 21 - Slide

bespreken theorie opdracht 3

Slide 22 - Slide