This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Quizuitleg
Er zijn 3 categorieen en aan het begin van de categorie wordt uitgelegd wat de bedoeling is.
Ben jij de snelste en heb jij de meeste juiste antwoorden??
Slide 2 - Slide
Corona
Corona is hét onderwerp van het nieuws de afgelopen maanden. Heb jij goed opgelet?
Slide 3 - Slide
Mondkapjes voorkomen besmetting.
A
Feit
B
Fabel
Slide 4 - Quiz
Fabel
De meeste mondkapjes houden de infectie niet tegen, omdat ze kwalitatief niet goed zijn. Als je gezond bent is het ook helemaal niet nodig om een mondkapje te dragen. De Wereldgezondheidsorganisatie raadt alleen aan om een goed mondkapje te dragen als je in de zorg werkt en constant in contact staat met besmette mensen. Wanneer je een mondkapje verkeerd draagt, kun je zelfs risico lopen. Zo kan het virus aan de buitenkant van het mondkapje komen. Wanneer je dit met je handen aanraakt, kun je het virus juist verspreiden. Draag dus alleen een mondkapje als dit voor je werk nodig is en als je weet hoe je deze moet gebruiken.
Slide 5 - Slide
Ik kan Corona hebben, zonder dat ik ernstige symptomen ervaar.
A
feit
B
fabel
Slide 6 - Quiz
Feit
Je kunt corona hebben en maar hele milde symptomen ervaren. Toch benadrukken experts dat alle mensen met het coronavirus wel een vorm van ziek zijn zullen ervaren. Je kunt dan ook anderen besmetten voordat je zelf weet dat je het virus hebt. Maar besmetting komt het vaakst voor via hoesten en niezen. De meeste patiënten die anderen besmetten, hoesten of niezen dus wel al.
Slide 7 - Slide
Regelmatig je handen wassen helpt om het oplopen van het Coronavirus te voorkomen.
A
Feit
B
Fabel
Slide 8 - Quiz
Feit
Aandachtig je handen wassen helpt absoluut. Experts raden aan om regelmatig langdurig je handen te wassen, waarmee je ook goed tussen de vingers wast en je nagels schoonmaakt. Afdrogen kan het beste met een papieren handdoekje, die je daarna in een afgesloten prullenbak kunt weggooien.
Slide 9 - Slide
Je kunt besmet raken via geld of pakketjes uit het buitenland.
A
Feit
B
Fabel
Slide 10 - Quiz
Fabel
Buiten je lichaam, dus op papier of pakketjes, kan het virus maar heel kort overleven. Ook op voorwerpen waar vaak veel bacteriën op zitten, zoals winkelwagentjes of deurklinken, overleeft het virus niet.
Slide 11 - Slide
Als je buiten wilt afspreken met vrienden, met hoeveel mag dat dan tegelijkertijd?
A
10
B
1
C
2
D
0
Slide 12 - Quiz
Wanneer je afspreekt met die ene maat, denk dan nog steeds aan de 1,5 meter afstand!!!
Slide 13 - Slide
Welke boete krijg je als je afspreekt met vrienden buiten?
Kinderen t/m 12 jaar
13 t/m 17 jarigen
18 jaar en ouder
Geen boete
€ 95
€ 390
& strafblad
Slide 14 - Drag question
Rekenen
In deze ronde komen enkele rekenvragen. Kijk goed naar de vraag en antwoord niet te snel.
Wie van jullie is het snelste rekenwonder?
Slide 15 - Slide
Verdeel 110 in twee delen, zodat het ene nummer 150% van de ander zal worden.
A
55 en 55
B
46 en 64
C
44 en 66
D
70 en 40
Slide 16 - Quiz
Hoeveel graden is de som van de hoeken van een driehoek?
A
45 graden
B
180 graden
C
90 graden
D
360 graden
Slide 17 - Quiz
Hoeveel 9's zitten er tussen 1 en 100?
A
10
B
11
C
19
D
20
Slide 18 - Quiz
Een knuppel en een bal kosten samen €1,10. De knuppel kost een euro meer dan de bal. De bal kost dus €0,10.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 19 - Quiz
Wat is de som van twee tegenover liggende zijdes van een dobbelsteen?
A
6
B
12
C
8
D
7
Slide 20 - Quiz
Er waren wat mensen in een trein. 19 mensen gingen de eerste halte eruit. 17 mensen stapten toen in de trein. Nu zijn er 63 mensen in de trein. Hoeveel mensen waren er op het begin in de trein?
A
61
B
64
C
65
D
66
Slide 21 - Quiz
Hoe vaak kun je het getal 6 van het getal 30 aftrekken?
A
5
B
4
C
3
D
1
Slide 22 - Quiz
Nutteloze weetjes
Dit zijn vragen waar je de antwoorden van weet, maar je tot nu toe nooit hebt kunnen gebruiken.
Succes!!!
Slide 23 - Slide
Koppel het ras aan de juiste hond!
A - Berner Sennenhond
B - Duitse Herder
C - Golden Retriever
D - Labrador
Slide 24 - Drag question
Slide 25 - Video
Welk succesvol computerspel uit 1980 werd gesimuleerd in het filmpje?
A
Pong
B
GTA
C
Pacman
D
Guitar Hero
Slide 26 - Quiz
In computerprogramma’s en op websites worden wel eens verborgen extra’s gestopt. Welke Engelse term wordt gebruikt voor dit soort extra’s?
A
Easter Egg
B
Cookie
C
Cake
D
Metadata
Slide 27 - Quiz
Zet de ballen op de juiste volgorde van groot naar klein!
4
1
2
3
Slide 28 - Drag question
Wat betekent het Zuid-Afrikaans woord verkleurmannetje in het Nederlands?