Redactiesommen

• Rekenen
• Middelbare school
• vmbo lwoo
• Leerjaar 1

Redactiesommen

Dit ga je in deze les doen:

1. Lees de verhaaltjes goed door.

2. Welke cijfers heb ik nodig om de som te maken.

3. Wat voor een soort som is het? x + - :

4. Schijf de som op.

5. Reken de som uit

6. Vul het antwoord in.

5 kinderen hebben samen een briefje van 50 euro. Ze kopen er alle 5 een kaartje van voor het zwembad. Ze hebben precies genoeg. Hoe duur was ieder kaartje? ______ euro

De groentekraam op de markt leverde vandaag 7021 euro winst op. De notenkraam ernaast leverde een winst op van 6996 euro. Hoeveel euro leverde deze minder op dan de groenekraam? _____euro

Annabel verzamelt kaarten in een album. In het album passen 250 kaarten. Ze heeft er al 172. Hoeveel kan ze nog sparen voor het album vol is? ______ euro

Een cd kost €12.50. Sarah betaalt met 15 euro. Hoeveel krijgt zij terug?

1. 2 en 50 cent
2. €2,50
3. €2,05
4. 5 euro en 20 cent

Zebib koopt een tablet van 680 euro. Zij krijgt 250 euro korting. Hoeveel moet Zij betalen?
___euro

Sven heeft 480gram suiker. Hij gebruikt 155 gram voor het maken van een appeltaart. Hoeveel gram houdt hij over?
_____gram

"Als we nog 2 stoelen verkopen hebben we deze week 300 stoelen verkocht", zegt de marktverkoper.
Hoeveel stoelen zijn er tot nu toe verkocht?______stoelen

3 kilo aardbeien kost 15 euro. Hoeveel moet moeder betalen voor 4 kilo?
____ euro

Yakeen, Fanueal en Mahmood verdelen samen 90 snoepjes. Hoeveel krijgt ieder?
_____ snoepjes

Op een spaarkaart passen 25 zegels.
Solomiueal heeft 356 zegels.
Hoeveel spaarkaarten kan hij vol maken.

Over precies 168 dagen is Muna weer jarig heeft ze uitgerekend. Precies 3 weken later wil ze weer weten hoeveel dagen het nog duurt. Hoeveel dagen duurt het dan nog ? _____dagen

Ice koopt een stereoset van 420 euro. Daarbij koopt hij nog eens geluidsboxen van 133 euro. Hoeveel euro moet hij betalen? _____ euro

De moeder van Amar koopt voor haar verjaardag 4 cadeautjes van 9 euro en drie cadeautjes van 7 euro. Hoeveel moet ze betalen?
______ euro