VerzorgingMAZO2.7-2.8QUIZ

Wat weet je nog?!
Verzorging MAZO Thieme 

2.7  Hygiënische verzorging
2.8 Lichamelijk welbevinden

1 / 18
next
Slide 1: Slide
WelzijnMBOStudiejaar 1

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Wat weet je nog?!
Verzorging MAZO Thieme 

2.7  Hygiënische verzorging
2.8 Lichamelijk welbevinden

Slide 1 - Slide

Waarom is hygiëne belangrijk?

Slide 2 - Open question

Wat is een ander woord voor smetplekken?
A
intertrigo
B
decubitus

Slide 3 - Quiz

Waar ontstaan smetvlekken vaak? Waarom daar?

Slide 4 - Open question

T
categorie 1
categorie 2
categorie 3
categorie 4
blaarvorming en ontvelling. De blaar kan kapotgaan.
Niet weg te drukken roodheid. Ander kenmerken zijn een verkleuring van de huid, oedeem (vochtophoping) en verharding van de huid. De huid is nog wel intact
oppervlakkige decubituswond. De huid is kapot, met schade of necrose (afsterven) aan de huid, het onderhuids weefsel en soms ook de spieren.
diepe decubituswond. Er is ernstig letsel van de huid, met uitgebreide weefselschade of weefselversterf (necrose) aan spieren, botweefsel of ondersteunende weefsels (pezen, gewichtskapsel).

Slide 5 - Drag question

Welke 3 soorten haar zijn er?

Slide 6 - Open question

Welke functies heeft haar niet?
A
beschermen
B
pronken
C
verwarmen
D
geen functie

Slide 7 - Quiz

Welke manier van nagels knippen is de juiste?
A
Teennagels knip je recht en vingernagels rond
B
teennagels knip je rond en vingernagels recht
C
je knipt beide recht
D
je knipt beide rond

Slide 8 - Quiz

Wat is decubitus?

Slide 9 - Open question


de ogen was je van de buitenste naar de binnenste ooghoek
A
waar
B
niet waar

Slide 10 - Quiz

Vocht/pus van een gebroken trommelvlies is niet besmettelijk?
A
waar
B
niet waar

Slide 11 - Quiz

Bij het wassen van de schaamstrek van mannen en vrouwen gebruik je
A
lauw water
B
lauw water en zeep
C
beide is ok

Slide 12 - Quiz

Met een wattenstaafje maak je het oor schoon
A
waar
B
niet waar

Slide 13 - Quiz

Objectieve symptomen zijn ziekteklachten die voor een ander niet waarneembaar zijn. Het gaat hierbij om wat iemand voelt.

Subjectieve symptomen zijn ziekteklachten die voor een ander waarneembaar zijn.
A
waar
B
niet waar

Slide 14 - Quiz

Waar staat ADZ voor?

Slide 15 - Open question

ondervoeding komt in Nederland niet voor
A
waar
B
niet waar

Slide 16 - Quiz

Tussen welke grens ligt een gezonde lichaamstemperatuur?

Slide 17 - Open question

Wat is het belangrijkste bij koorts?

Slide 18 - Open question