AFP Ademhaling 2

Wat wordt verstaan onder niesziekte bij de kat?
A
iedere aandoening waarbij de kat veel niest
B
een ontsteking van de neusholte van de kat als gevolg van een schimmelinfectie
C
alle verkoudheden bi katten
D
een ontsteking van de neusholte van de kat als gevolg van een ontsteking met een bacterie of virus
1 / 16
next
Slide 1: Quiz
DierverzorgingMBOStudiejaar 3

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes.

Items in this lesson

Wat wordt verstaan onder niesziekte bij de kat?
A
iedere aandoening waarbij de kat veel niest
B
een ontsteking van de neusholte van de kat als gevolg van een schimmelinfectie
C
alle verkoudheden bi katten
D
een ontsteking van de neusholte van de kat als gevolg van een ontsteking met een bacterie of virus

Slide 1 - Quiz

1. Welke bacterie is vaak de veroorzaker van een neusontsteking bij
konijnen?

Slide 2 - Open question

5. Wat zijn mogelijke verschijnselen bij een tumor in de
neusholte(n)?

Slide 3 - Open question

6. Welk luchtwegprobleem kunnen honden die veel aan hun riem
trekken krijgen?

Slide 4 - Open question

. Welke aandoening is een spoedgeval?
A
keelontsteking (faryngitis)
B
reversed sneezing
C
stoktrauma
D
te lang gehemelte (hyperplasie van het palatum molle)

Slide 5 - Quiz

7. Bij welke diersoort komt reversed sneezing voor?

Slide 6 - Open question

9. Welke van onderstaande aandoeningen behoeft meestal GEEN
behandeling bij de dierenarts?
A
te lang gehemelte (hyperplasie van het palatum molle)
B
keelontsteking (faryngitis)
C
reversed sneezing
D
stoktrauma

Slide 7 - Quiz

Waar of niet waar?
Besmettelijke hondenhoest heette vroeger kennelhoest.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 8 - Quiz

Waar of niet waar?
Bij besmettelijke hondenhoest kan een hoestsiroop helpen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quiz

Waar of niet waar?
Bij besmettelijke hondenhoest moet de hond rust krijgen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quiz

Wat zijn de meest voorkomende symptomen van besmettelijke
hondenhoest?

Slide 11 - Open question

Wat zijn de klachten bij een hond met larynxparalyse?

Slide 12 - Open question

Welk risico, met betrekking tot de luchtwegen, loopt een dier bij
een allergische reactie op insectengif?
A
Het dier kan stikken als gevolg van een ontsteking van het strottenhoofd (laryngitis).
B
Het dier kan stikken als gevolg van vochtophoping in de keelholte (larynxoedeem).
C
Het dier kan stikken als gevolg van een verlamming van het strottenhoofd (larynxparalyse).
D
Een allergische reactie op insecten gif geeft GEEN verschijnselen van de luchtwegen.

Slide 13 - Quiz

Welke vier problemen kunnen voorkomen bij een dier met BOS?
A
vernauwing van de luchtpijp, te nauwe neusgaten, te lang zacht gehemelte en verlamming van het strottenhoofd
B
vernauwing van de luchtpijp, te nauwe neusgaten, te kort zacht gehemelte en inklappen van het strottenhoofd
C
vernauwing van de luchtpijp, te wijde neusgaten, te lang zacht gehemelte en inklappen van het strottenhoofd
D
vernauwing van de luchtpijp, te nauwe neusgaten, te lang zacht gehemelte en inklappen van het strottenhoofd

Slide 14 - Quiz

Wat valt er op bij een hond met een tracheacollaps, collaps van
de luchtpijp?

Slide 15 - Open question

Wanneer moet er in het ergste geval een operatieve opening in
de luchtpijp gemaakt worden?

Slide 16 - Open question