Woensdag 20 januari 2021

Nieuwsbegrip
Woensdag 20 januari 2021
1 / 29
next
Slide 1: Slide
Begrijpend lezenBasisschoolGroep 7,8

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Nieuwsbegrip
Woensdag 20 januari 2021

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Mind map

Wat kies jij:
Dammen of schaken?
A
dammen
B
schaken

Slide 3 - Quiz

Slide 4 - Mind map

Waarvan is het woord 'schaken' afgeleid?
A
schaken is een ander woord voor oorlog voeren.
B
schaken komt van het Franse woord voor ontvoeren.
C
Shah is Perzisch voor koning.
D
Sjakuén is Russische voor veroveren.

Slide 5 - Quiz

Slide 6 - Slide

Bianca is ................... van de schaakclub.
A
voorzitter
B
lid
C
secretaresse
D
penningmeester

Slide 7 - Quiz

Het TataSteel schaaktoernooi wordt gehouden in:
A
Zandvoort aan Zee
B
Bergen aan Zee
C
Katwijk aan Zee
D
Wijk aan Zee

Slide 8 - Quiz

In welke eeuw ontstond schaken?
A
4e
B
5e
C
6e
D
7e

Slide 9 - Quiz

In welk land ontstond schaken?
A
India
B
Indonesië
C
Iran
D
Italië

Slide 10 - Quiz

Hoeveel Wereldkampioenen heeft Nederland gehad in de categorie: volwassen?
A
1
B
2
C
3
D
geen 1 keer

Slide 11 - Quiz

Wat zei Eline Roebers toen zij de WK won voor meisjes on de 14?
A
GEWONNEN!
B
Tis gelukt
C
JAAA Wereldkampioen.
D
I did it!!!!

Slide 12 - Quiz

We lezen de tekst

Slide 13 - Slide

Dit vind ik van Begrijpend Lezen
😒🙁😐🙂😃

Slide 14 - Poll

Lees de inleiding

Slide 15 - Slide

Waardoor zijn mensen weer gaan schaken?
A
Doordat Eline Roebers kampioen werd.
B
Omdat het ook online makkelijk te spelen is.
C
Door een Netflix-serie
D
Doordat het corona is

Slide 16 - Quiz

Lees: het schaakspel

Slide 17 - Slide

Waar gaat deze alinea vooral over?
A
het schaakspel bestaat al eeuwen
B
shah betekent koning
C
Eline Roebers is wereldkampioen
D
je probeert om de koning te veroveren

Slide 18 - Quiz

Lees: Denksport

Slide 19 - Slide

Waar gaat deze alinea vooral over?
A
je verzet om de beurt een schaakstuk
B
Het klinkt eenvoudig, maar het is best complex
C
reageren op een nieuwe situatie
D
je moet analyseren en problemen oplossen

Slide 20 - Quiz

Lees regel 14: 
Je moet kunnen visualiseren.

Slide 21 - Slide

Wat is visualiseren?
A
je moet vooruit denken
B
je moet goed opletten
C
Je moet iets voor je kunnen zien
D
je moet een probleem oplossen

Slide 22 - Quiz

Lees regel 31 - 34
Het is fijn t/m te worden

Slide 23 - Slide

Wat is volgens Eline belangrijk om goed te kunnen schaken?
A
Je moet er goed uitzien.
B
Je moet niet te jong zijn.
C
Je moet inzicht hebben.
D
Je moet slim zijn.

Slide 24 - Quiz

Lees regel 39
Heb jij het al eens gedaan?

Slide 25 - Slide

Wat doet de schrijver hier?
A
Hij adviseert je om het spel te spelen.
B
Hij daagt je uit om het spel te spelen
C
Hij waarschuwt je om het spel niet te spelen.
D
Hij raadt je aan om het spel te spelen.

Slide 26 - Quiz

Lees: denksport
Met welke sport vergelijkt de schrijver schaken?

Slide 27 - Open question

Lees Nederlandse wereldkampioen.
Welk woord maakt duidelijk dat Eline iedere dag schaakt?

Slide 28 - Open question

Slide 29 - Video