Ik kan vormen van de verba contracta maken, herkennen en vertalen.
Ik weet wat ik nog moet doen voor de SO.
Weektaak (voor 2 weken)
herhalen: W t/m les 16
maken: T 16, 12-31
leren: W les 17
kijken: flitscollege 4.4 (sigmatische aoristus)
10 oktober: SO Grieks W 12, 13, 14, 16 verba contracta (gramm. 4.1 en 4.2)
1 / 20
next
Slide 1: Slide
GrieksMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3
This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Leerdoelen
Ik kan vormen van de verba contracta maken, herkennen en vertalen.
Ik weet wat ik nog moet doen voor de SO.
Weektaak (voor 2 weken)
herhalen: W t/m les 16
maken: T 16, 12-31
leren: W les 17
kijken: flitscollege 4.4 (sigmatische aoristus)
10 oktober: SO Grieks W 12, 13, 14, 16 verba contracta (gramm. 4.1 en 4.2)
Slide 1 - Slide
Begintaak: wissel twee aan twee uit
alles wat je weet over de α-contracta.
Noem om de beurt iets over de α-contracta.
Formuleer duidelijk!
Zorg ervoor dat je alle informatie duidelijk kunt vertellen in de klas.
Laptop nodig!
Slide 2 - Slide
Pak je TB op blz. 65 + je schrift (bij de vertaling van T 16)
We kijken r. 12-24 na.
Vragen bij de tekst.
Slide 3 - Slide
Stoeien met verba contracta.
Log in op deze les in LessonUp (zonder pincode).
Je krijgt steeds een vraag + antwoord te zien. Jij moet het antwoord nakijken.
Als het fout is moet je uit kunnen leggen wat de denkfout is en ook het goede antwoord kunnen geven. Als je Grieks moet typen, mag dat gewoon in Nederlandse letters.
Slide 4 - Slide
Vraag: hoe kun je verba contracta in de woordenlijst herkennen?
Antwoord: aan de ε of de α.
Slide 5 - Open question
Vertaal: τιμαν
Antwoord: vrezen
Slide 6 - Open question
Vertaal: ᾠκει
Antwoord: jij moet wonen
Slide 7 - Open question
Vertaal: γελα
Antwoord: hij lacht
Slide 8 - Open question
Vertaal: ζητειτε
Antwoord: jullie (moeten) zoeken
Slide 9 - Open question
Vertaal: ἐρωτα
Antwoord: hij vroeg
Slide 10 - Open question
Vertaal: jij moet vereren
Antwoord: τιματε
Slide 11 - Open question
Vertaal: zij lachten (γελάω)
Antwoord: γελων
Slide 12 - Open question
Vertaal: ik zocht (ζητέω)
Antwoord: ἐζητουν
Slide 13 - Open question
Vertaal: jij riep (καλέω)
Antwoord: ἐκαλει
Slide 14 - Open question
Vertaal: wij bekijken (σκοπέω)
Antwoord: σκοπωμεν
Slide 15 - Open question
Donderdag SO
Wat heb je tot nu toe al gedaan?
Hoe ga je je verder voorbereiden?
Wanneer ben je tevreden?
Slide 16 - Slide
Tijd over? stoeien met verba contracta.
Iedereen krijgt een klein oefenblaadje uitgereikt.
Maak de opdracht: alleen, zonder hulpmiddelen en in stilte.