This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Nederlands
Voorbereiding examen spreken
Slide 1 - Slide
Examen spreken
presentatie
1F 3-5 minuten
2F 4-6 minuten
inleiding - kern - slot
PowerPoint
Vragen na de presentatie
Slide 2 - Slide
Zoek de verschillen....
Je krijgt nu twee filmpjes te zien van personen die presenteren. Wat zijn verschillen tussen deze twee presentaties?
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Video
Slide 5 - Video
Welke verschillen kun je noemen?
Slide 6 - Mind map
In een presentatie gebruik je verbale en
non-verbale communicatie.
Slide 7 - Slide
Maar wat betekent dit eigenlijk?
Slide 8 - Open question
Non-verbaal = houding
- Sta met twee benen op de grond. - Je knieën een beetje gebogen. - Je armen langs je lichaam. - Rug recht, schouders naar achteren. - Ogen het publiek in.
Slide 9 - Slide
Verbaal = woorden
Feit: iets wat zo is! Dit kun je bewijzen.
Mening: iets wat je vindt.
Voorbereiding!
Stelling --> aan de slag met argumenten
Slide 10 - Slide
1 stelling:
Een stelling is een bewering die je doet over iets. Een stelling hoeft niet waar te zijn. Iemand anders kan zeggen dat jouw stelling niet waar is.
Je kunt een stelling verwerpen met behulp van feiten en argumenten.
2/3 argumenten:
Argument is een feit waarmee je een stelling probeert te bewijzen of te ontkrachten, ook wel een bewijsmiddel.