1havo - herhalen hoofdstuk 2

• Wiskunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Welkom

Leg je telefoon omgekeerd op de rechterbovenhoek van je tafel (straks nodig in de les)

boek, schrift en etui. 

lesplanning

Huiswerk h. 3

LessonUP quiz

GO-opgaves maken

een verschil heeft ...

1. termen
2. factoren
3. producten
4. sommen

een product heeft ...

1. termen
2. factoren
3. producten
4. sommen

som, verschil, product

Een product bestaat uit 2 of meerdere factoren

Een som of een verschil bestaat uit 2 of meerdere termen

Een quotiënt heeft een deeltal en deler, maar dat hoeven jullie niet te leren. 

Wat is de juiste rekenvolgorde?

1. Haakjes, plus en min, keer en delen
2. Haakjes, keer en delen, plus en min
3. Keer en delen, haakjes, plus en min
4. Keer en delen, haakjes, plus en min

Rekenvolgorde 

  Rekenvolgorde:

1. Tussen haakjes


2.   x   en   :   van links naar rechts
3.   +   en  -   van links naar rechts

wat schrijf je op de volgorde regel:

2+5⋅3=

1. 2 + 15 =
2. 5⋅3=15
3. 15
4. 7⋅3=

zet de haakjes op de juiste plek

5+3⋅4−2=30

1. 5+(3⋅4)−2
2. (5+3)⋅4−2
3. 5+3⋅(4−2)
4. (5+3)⋅(4−2)

5 + - 1

1. 6
2. 4
3. - 4
4. - 6

- 8 + - 2

1. - 10
2. 10
3. - 6
4. 6

2 - - 1

1. 3
2. - 3
3. 1
4. - 1

- 7 - - 10

1. - 17
2. 17
3. 3
4. - 3

gegeven is de woordformule:

gewicht in kg = 87 - 2 x aantal maanden

bereken het gewicht na 4 maanden

1. 340 kg
2. 79 kg
3. 81 kg
4. 71 kg

gegeven is de woordformule:

gewicht in kg = 87 - 2 x aantal maanden

hoeveel kilogram valt Ina elke maand af?

1. 87 kg
2. 2 kg
3. ze valt niet af, ze komt juist aan
4. dat weten we niet

James moet aankomen van de Doktor. hij weegt nu 51 kilogram. Elke maand moet hij 3 kilo aankomen. welke woordformule past hierbij?

1. gewicht = 3 x aantal maanden + 51
2. gewicht = 51 x aantal maanden + 3
3. gewicht = 51 + 3 x aantal maanden
4. gewicht = 3 + 51 x aantal maanden

bereken a = 5 (geef alleen het antwoord)

5⋅(a−3)

1. 22
2. 15
3. 23
4. 10

bereken a = 5 (geef alleen het antwoord)

6−3a

1. 15
2. 21
3. - 9
4. 9

Aan de slag (huiswerk)

Hoofdstuk 2

Gemengde opgaven Blz. 82 en 83

Maken: opdracht 3, 5, 6, 7, 9 en 10