3T les 4 unite 4

• Frans
• Middelbare school
• mavo, vwo
• Leerjaar 3

onregelmatig ww

wat weet je nog?

present / passé composé

Nous .......................
wij hebben gehad
avoir/ present

1. avez eu
2. avons eu
3. sommes eu
4. eu

Je ........
Ik ben gegaan
aller /passé composé

1. Je suis aller
2. j'ai allé
3. Je es allé
4. Je suis allé

il .........
hij heeft gelegd
mettre / passé - composé

1. est mis
2. a mis
3. est mi
4. as mi

j'ai .............(vouloir)

1. voulu
2. vouloir
3. veux
4. voulur

welke vorm van pouvoir is
op imparfait:
=Ik kon

1. Je peut
2. il a pu
3. je pouvais
4. je peux

welke vorm van Partir is op imparfait:
Wij vertrokken

1. Nous partons
2. Nous partions
3. Nous sommes partis
4. Nous avons parti

boek pagina 135

Bekijk oefening 9.a 
+
het filmpje 
kies tussen waar en niet waar

Wat heb je gekozen?

Bekijk oefening 10

welke woorden past  in de zin

.  ? !

OEFENING 11 pagina 20

Luister en vul het juist teken

oef 15 p.138
garçon prudent
voorbeeld: c'est dangereux

oef 15 p.138
gebruik de zinnen
fille casse-cou
voorbeeld: c'est super

hoe gaat het met unite4?

😒🙁😐🙂😃