Rekenen, theorie, Lengte Corine

les-informatie  les rekenen 2R8C              
lesdoel   uitleggen / oefenen / toetsen

past bij   ffRekenen mbo 2

auteur   MB, bewerkt CW
datum   september 2022

1 / 38
next
Slide 1: Slide
RekenenMBOStudiejaar 1

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

les-informatie  les rekenen 2R8C              
lesdoel   uitleggen / oefenen / toetsen

past bij   ffRekenen mbo 2

auteur   MB, bewerkt CW
datum   september 2022

Slide 1 - Slide

voorbereiding voor de docent
klaarleggen
- bordliniaal
- studentenlinialen
- meetlinten
-kopieen proefhoofdstuk lengte

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Heb je het huiswerk gemaakt?
Hoofdstuk 1 meten en eenheden en weektaak 3?
A
ja, allebei
B
alleen Hoofdstuk meten en eenheden
C
alleen Weektaak 3
D
niks gemaakt

Slide 7 - Quiz

Hoe ging het maken van het huiswerk? Begrijp je het?
😒🙁😐🙂😃

Slide 8 - Poll

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

huiswerk
De belangrijkste grootheden en hun symbolen
de grootheid
het symbool
het gewicht
kg              g              mg
zwaar
de lengte
km             m dm cm mm
lang
de inhoud
      hl         L   dl   cl   ml
vol
bijvoeglijk naamwoord

Slide 15 - Slide

Wat past bij jou over het huiswerk?
Ik had veel goed en vond het te makkelijk.
Ik had niet alles goed maar begrijp het nu wel.
Ik had veel fout en begrijp het nog niet goed.
Ik heb het niet gemaakt, maar begrijp het wel.
Ik heb het niet gemaakt en begrijp het niet.

Slide 16 - Poll

theorie Grootheden en eenheden
Lengte
leereenheden  - Lengtematen
                     - Rekenen met meter en kilometer
                     - Rekenen met meter en centimeter
                     - Rekenen met centimeter en millimeter

Uitleg en informatie over Lengtematen.

Slide 17 - Slide

Lengte in het echt





Bekijk het algemene filmpje: Lengte in de praktijk
Kijkvraag: Wat wil de vrouw ons duidelijk maken?
het elektriciteitsdraad     de schroevendraaier   de schroef             het hout-boortje
de elektriciteitskabel                                         de schroeven

Slide 18 - Slide

de bord-liniaal
                                       de meter

de centimeter

de decimeter

de millimeter

Slide 19 - Slide

de studenten-liniaal
let op: centimeters of inches
Wij gebruiken alleen de centimeter-kant!

de centimeter
de millimeter

>>>

Slide 20 - Slide

filmpje kijken FFRekenen
Lengtematen

Slide 21 - Slide

decimale getallen     tip: denk aan geld
Wat rechts van de komma staat, is kleiner dan 1. (< 1)

€ 3,40  = 3 euro en 40 cent   
                             (40 cent is minder dan 1 euro)

€ 3,45   = 3 euro en 45 cent
                             (45 cent is minder dan 1 euro)

€ 3,05   = 3 euro en   5 cent
                               (5 cent is minder dan 1 euro)

Slide 22 - Slide

maten en decimale getallen              van cm naar mm
Wat rechts van de komma staat, is kleiner dan 1. (< 1)

1,0 cm     = 1 cm     = 10 mm                (het synoniem)
                            x 10                        de dames - de vrouwen
4,0 cm     = 4 cm     =  40 mm

4,1 cm     = 4 cm en 1 mm

4,15 cm    = 4 cm en 1,5 mm
                                1,5 mm is 1 mm en 0,5 mm 
een halve mm

Slide 23 - Slide

Meet met de liniaal de nagel van jouw wijsvinger op. Hoe groot is die in mm?

Slide 24 - Open question

decimale getallen en maten               van m naar cm
Wat rechts van de komma staat, is kleiner dan 1. (< 1)
1,0 m    = 1,00 m = 1 meter = 100 cm
                                         x 100
1,6 m    = 1,60 m = 1 meter en 60 cm   = 160 cm

                1,67 m = 1 meter en 67 cm   = 167 cm

                1,08 m = 1 meter en 8 cm     = 108 cm

Slide 25 - Slide

decimale getallen en maten              van km naar m
Wat rechts van de komma staat, is kleiner dan 1. (< 1)
1,0 km    = 1,000 km = 1000 meter
                         x 1000
1,3 km    = 1,300 m   = 1 km en 300 m   = 1300 m

1,67 km  = 1,670 km = 1 km en 670 m   = 1670 m

1,08 km  = 1,080 km = 1 km en 80 m     = 1080 m

Slide 26 - Slide

de reken-woordenschat
1/2 - de helft, halve - dat betekent 1 delen door 2
1/4 - het kwart        - dat betekent 1 delen door 4

pak de rekenmachine
een halve km = 1: 2 = .......... km
1 km = ....... m            dus een halve km = ......................m
een kwart km = 1:4 = ........... km
                                dus een kwart km = .....................m

Slide 27 - Slide

de rekenwoordenschat
ruim 8 cm lang = meer dan 8 cm

schatten (ww) = bedenken hoe groot het ongeveer is

Slide 28 - Slide

Filmpje kijken FF Rekenen
Rekenen met kilometer en meter

Slide 29 - Slide

reken om
1 km = ...
timer
1:00
A
10 m
B
100 m
C
1000 m
D
10 000 m

Slide 30 - Quiz

reken om
2,3 km = ...
timer
1:00
A
2300 m
B
230 m
C
23 m
D
2,3 m

Slide 31 - Quiz

reken om
4 m =
timer
0:30
A
4 cm
B
40 cm
C
400 cm
D
4000 cm

Slide 32 - Quiz

reken om
5,7 m = ...
timer
0:30
A
5,7 cm
B
57 cm
C
5700 cm
D
570 cm

Slide 33 - Quiz

reken om
8 cm = ...
timer
0:30
A
8 mm
B
80 mm
C
800 mm
D
8000 mm

Slide 34 - Quiz

reken om
9,2 cm = ...
timer
0:30
A
9,2 mm
B
920 mm
C
0,92 mm
D
92 mm

Slide 35 - Quiz

nog een lengtemaat: de hectometer
1 km = 10 hm
1hm = 100 m



Langs de snelweg staan hectometer-paaltjes.
Ze staan om de 100 meter.

Slide 36 - Slide

Inleveren weektaak 3!

Slide 37 - Slide

zelf aan de slag    (afhankelijk van de tijd)
met H 2

of extra opdrachten als je het te makkelijk vindt

Slide 38 - Slide