Nakijken + Herhalen paragraaf 1

Welkom! 
Pak alvast je werkboek, schrift en lesboek 
Zet je tas onder je tafel 
Telefoon op stil
Ga naar je vaste plek
1 / 11
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

This lesson contains 11 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Welkom! 
Pak alvast je werkboek, schrift en lesboek 
Zet je tas onder je tafel 
Telefoon op stil
Ga naar je vaste plek

Slide 1 - Slide

Vandaag
Nakijken van paragraaf 1 
Spel - Twee voor twaalf - Weet jij het nog uit paragraaf 1?

Slide 2 - Slide

Aan de slag
15min. de tijd
Kijk paragraaf 1 na met het antwoordblad
Dit doe je zelfstandig en in stilte

Klaar? Lees en bestudeer paragraaf 1 nog een keer in je lesboek.. hoe beter je het weet.. Des te meer kans je hebt om te winnen!! (Of ga aan de slag met 2)

timer
3:00

Slide 3 - Slide

Twee voor 12
Je krijgt zometeen van mij twaalf vragen te horen over paragraaf 1. Je vult in je schrift het antwoord onder elkaar op. Omcirkel de eerste letter van elk woord. 
Nadat er twaalf vragen zijn gesteld staan er twaalf letters (of minder met een aantal vraagtekens) omcirkeld. Deze staan helaas niet in de juiste volgorde. Maak er een compleet woord van! Zet vervolgens de letters om naar cijfers (volgorde van het alfabet) en tel de cijfers bij elkaar op! 
Je bent een winnaar als je het juiste antwoord op het bord schrijft!

Slide 4 - Slide

Twee voor 12
Je krijgt zometeen van mij twaalf vragen te horen over paragraaf 1. Je vult in het spelformulier het antwoord in en
noteert de eerste letter hiervan in de onderste horizontale kolom. Ben je niet zeker van je antwoord, dan zet je een vraagteken in de horizontale kolom.
Nadat er twaalf vragen zijn gesteld staan er twaalf letters (of minder met een aantal vraagtekens) in de horizontale kolom. Deze staan helaas niet in de juiste volgorde. Maak er een compleet woord van! En voer daarna de onderstaande opdracht uit! 
met het gegeven onderwerp. De docent gaat nu om de zoveel tijd aangeven
welke letter waar hoort te staan. Wie het woord het eerst raadt heeft
gewonnen. Raadt een leerling/tweetal fout, dan mag dat tweetal niet meer
meedoen. 

Slide 5 - Slide

De vragen
1. Hoe noem je bergen die zijn ontstaan door het naar buiten stromen van lava?
2. Welke bergen worden gekenmerkt door flauwe hellingen en afgeronde toppen en zijn veel lager?
3 Welk begrip wordt er bedoelt met ‘Hoogteverschillen in het landschap’?
4. Hoe noem je een stuk van de aardkorst? Ook wel platen genoemd?
5 Puzzelvraag: Hoe noem je een dunne laag gesteente om de aarde, met een dikte van 1 tot 7 km onder oceanen en 20 tot 70 km onder continenten? Vul dit woord omgekeerd in op je antwoordblad. Begin met de achterste letter van dit woord.
6. Hoe noem je het proces waarbij het gesteente uiteenvallen valt onder invloed van weer en plantengroei?
7. Hoe noem je het proces waarbij hard gesteente uitgeschuurd en afgeschuurd wordt door met verweringsmateriaal geladen water, ijs of wind?
8. Als je spreekt over ‘De temperatuur, de neerslag en de wind op een bepaalde plaats, op een bepaald moment’ .. waar heb je het dan over?
9. Door welke krachten zijn de Alpen ontstaan?
10. Welke letter komt twee keer voor in het woord ‘plooiingsbergte’?
11. Hoe noem je het als water in een vaste of vloeibare vorm uit de dampkring op aarde neerslaat?
12. Maak het woord af: Paragraaf 1 ging over het ontstaan van de Alpen.. dit is een voorbeeld van een hoog…

Slide 6 - Slide

De Antwoorden

Slide 7 - Slide

De Antwoorden

Slide 8 - Slide

De Antwoorden

Slide 9 - Slide

De Antwoorden

Slide 10 - Slide

Hoera!

Slide 11 - Slide