spreekwoorden en gezegden

Spreekwoorden
reader p. 5
1 / 16
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 2

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Spreekwoorden
reader p. 5

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Welk spreekwoord wordt hier bedoeld?

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Welk spreekwoord wordt hier bedoeld?

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Welk spreekwoord wordt hier bedoeld?

Slide 4 - Slide

de bokkenpruik op hebben
Welk spreekwoord past het best bij de volgende uitspraak?


Als mevrouw van de Dries in de keuken staat, durft niemand haar tegen te spreken.
A
Het hoofd in de schoot leggen
B
de scepter zwaaien
C
Veel geschreeuw, weinig wol
D
Concessies doen

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Welk spreekwoord past het best bij de volgende uitspraak?

Zowel de boeren als de regering zullen water bij de wijn moeten doen met betrekking tot de oplossing van het stikstofprobleem.

A
over een kam scheren
B
spijkers op laag water zoeken
C
het onderste uit de kan willen
D
concessies doen

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Welk spreekwoord past het best bij de volgende uitspraak?

Hoe goed wij ook ons best doen, hij heeft altijd wat te zeuren.
A
Het vel over de oren trekken
B
Spijkers op laag water zoeken
C
Naar de mond praten
D
Iemand de les lezen

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Welk spreekwoord past het best bij de volgende uitspraak?


Ik vertrouw de studenten niet helemaal, die zeggen dat het wel goed komt.


A
Het onderste uit de kan willen
B
Je oor te luister leggen
C
Met argusogen bekijken
D
prematuur reageren

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Welke uitdrukking wordt hier bedoeld?

Slide 9 - Slide

Het hoofd in de schoot leggen
Welke uitdrukking past het beste bij de onderstaande zin?

Geert Wilders haalde weer eens fel uit naar Premier Rutten.
Wat kun je zeggen van Geert Wilders?
A
Hij trok flink van leer
B
Hij praatte Rutten naar de mond
C
Hij had de bokkenpruik op
D
Hij was op zijn qui-vive

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Welke uitdrukking past het beste bij de onderstaande zin?

Annemiek van Vleuten knalt met breuk in elleboog vanuit geslagen positie naar wereldtitel. Met minder dan de wereldtitel neemt ze geen genoegen.
A
Ze heeft geen eieren voor haar geld gekozen.
B
Ze laat zich niet van kastje naar de muur sturen.
C
Ze scheert niet alles over een kam
D
Ze heeft haar oor te luister gelegd

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Welke uitdrukking past het beste bij de onderstaande zin.

Ze heeft nogal een grote mond. Ze denkt dat ze alles kan maar achteraf blijkt dat niet zo te zijn.
A
Ze praat iedereen naar de mond.
B
Ze doet geen concessies
C
Ze wil het onderste uit de kan.
D
Ze blaast hoog van de toren.

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Welke uitdrukking past het beste bij de onderstaande zin?

Je kunt niet echt van haar op aan. Ze zegt altijd de dingen die iedereen graag wil horen.
A
Ze praat als Brugman.
B
Ze reageert prematuur.
C
Ze buigt of ze barst
D
Ze praat iedereen naar de mond.

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Welke uitdrukking past het beste bij de onderstaande zin?

In de jaren zestig werden de vluchtelingen uit Indonesië niet gastvrij ontvangen. Ze moesten ondanks hun vluchtelingenstatus toch betalen voor onderdak.
A
Het vel werd ze over de oren getrokken.
B
Ze moesten buigen of barsten
C
Ze leden gezichtsverlies
D
Ze haalden kastanjes uit het vuur.

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Welke uitdrukking past het beste bij de onderstaande zin?

Het is moeilijk om de buitenlandse docent te verstaan. Om de les goed te kunnen volgen moet je...
A
hem de les lezen
B
het hoofd in zijn schoot leggen
C
op je qui-vive zijn
D
het boetekleed aantrekken

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Welke uitdrukking past bij de volgende uitspraak?

Iedereen wordt hier op dezelfde manier behandeld.
A
Iedereen wordt hier de les gelezen
B
Iedereen moet op zijn qui-vive zijn.
C
Iedereen lijdt hier gezichtverlies
D
Iedereen wordt hier over een kam geschoren

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions